Programma 2024

Analyse

Criminaliteitscijfers

De voorbije decennia hoorde Dilbeek steeds tot de koplopers als het om inbraakcijfers of criminaliteitsstatistieken ging. Dat heeft uiteraard veel te maken met onze kwetsbare ligging naast het Brussels Hoofdstedelijk Gewest en de talrijke verkeersknooppunten en op- en afrittencomplexen in onze gemeente.

Maar sinds 2013 is een duidelijke kentering merkbaar. Deze is onomstotelijk te verklaren door de verhoging van de gemeentelijke financiële bijdrage aan onze politiewerking, waardoor het korps stelselmatig werd versterkt en ook bijkomende veiligheidsmiddelen werden aangeschaft. De eerste ANPR-camera’s aan de N8 werden intussen ook al uitgebreid met trajectcontroles en nog verdere uitrol staat gepland voor 2024. Op die manier wordt stelselmatig het cameraschild rond onze gemeente uitgebouwd.

Tegelijk werden de voorbije jaren niet minder dan 12 BuurtInformatieNetwerken (BIN) opgericht, waardoor momenteel ongeveer de hele gemeente is afgedekt voor samenwerking tussen inwoners en politiediensten.

Interventiedruk

Onze politiediensten kregen de voorbije jaren meer taken opgelegd die vanuit de federale politie werden doorgeschoven naar de lokale politie. Denk daarbij maar aan de blijvende problematiek van de transmigrantenparking in Groot-Bijgaarden. Gecombineerd met toenemende maatschappijproblemen leidt dit sinds 2013 tot gemiddelde interventiecijfers van 14.600 op jaarbasis.

Samenstelling korps, gemeentelijke dotatie en veiligheidsmiddelen

De personeelskost vormt de grootste hap uit de uitgaven van het Politiebudget (81,94%). Aan inkomstenzijde steunt de politiebegroting het meest op de gemeentelijke dotatie.

‘Meer blauw op straat’ en daardoor het verhogen van de slagkracht van het politiekorps, is dan ook een bewuste beleidskeuze die ook de nodige budgettaire weerslag heeft.
N-VA Dilbeek heeft deze keuze sinds 2013 altijd consequent verdedigd.

Bestrijding kleine criminaliteit en overlast

Naast het bestrijden van grote criminaliteit is actief optreden tegen overlast en kleine criminaliteit zoals geluidsoverlast, vandalisme, sluikstort, hondenpoep, storend gedrag, ... even belangrijk.

In 2018 werd het protocolakkoord GAS (Gemeentelijke Administratieve Sanctie) goedgekeurd. Intussen werden 4 gemeenschapswachten aangesteld die op de openbare ruimte, parken, straten en andere plaatsen letten op verdachte activiteiten, overlast en mogelijke veiligheidsproblemen. Via de diverse GAS-procedures (1 tot 5) werden stelselmatig heel wat overtredingen aangepakt.

Veiligheidsgevoel

Sensibiliseringscampagnes over veiligheidsthema's zoals inbraakpreventie, buurtveiligheid en cyberveiligheid zijn van groot belang en worden uitgevoerd via diverse communicatiekanalen zoals nieuwsbrieven, sociale media, websites en lokale bijeenkomsten. In het kader van toenemend gebruik van veiligheidscamera’s werd een geïntegreerd beleidskader uitgewerkt voor alle toepassingen hiervan op Dilbeeks grondgebied.

Een combinatie van deze strategieën vergroot het veiligheidsgevoel van inwoners en creëert een omgeving waarin burgers zich veiliger en meer betrokken voelen bij hun lokale gemeenschap. Dat bewijzen ook de resultaten in de Gemeentemonitor en de Veiligheidsmonitor.

Samenwerking

In 2014 trad Politiezone Dilbeek toe tot Politieassociatie Centrum. Samen met PZ AMOW (Asse - Merchtem - Opwijk - Wemmel) en PZ TARL (Ternat - Affligem - Roosdaal - Liedekerke) vormden we de eerste Politieassociatie in het land.

Hierdoor ontstond een doorgedreven samenwerking die zowel operationele acties (verkeer, illegale economie, …) als gezamenlijke efficiëntiewinsten realiseerden (cellenbewaking, inzet officier gerechtelijke politie, wachtdiensten, informatica, …). Deze samenwerking in associatieverband leidde doorheen de jaren alvast tot succesvolle resultaten.

Fusie?

Nochtans zijn de toenemende uitdagingen van criminaliteitsfenomenen niet te miskennen. In die context is het niet onlogisch dat in 2023 - op Dilbeeks initiatief! - gesprekken zijn gestart tot een heuse fusieoperatie van deze politiezones. De haalbaarheidsstudie is intussen afgewerkt en dus kunnen de onderhandelingen echt starten.

Voor Dilbeek is zulk fusieverhaal realistisch indien hiermee de slagkracht van onze politie kan worden verhoogd, de nabijheid van politiediensten in heel de zone gegarandeerd blijft en het geheel bestuurlijk-organisatorisch een efficiëntiewinst oplevert voor alle deelnemende gemeenten.

Opbouw van een Integraal Lokaal Veiligheidsbeleid

In Dilbeek werden de voorbije jaren belangrijke stappen gezet om tot een geïntegreerd veiligheidsbeleid te komen. De periode van terreur en aanslagen (denk ook aan Zaventem) leerde ons de noodzaak voor een veiligheidsaanpak waarbij verschillende overheidsinstanties niet los van elkaar te zien zijn.

Na de eerdere oprichting van het LIVC (Lokale Integrale Veiligheidscel) stelde Dilbeek een veiligheidsconsulent aan en werd een protocolakkoord bestuurlijke handhaving rond criminaliteit en onveiligheid afgesloten met het Parket. Dit regelt de uitwisseling van informatie tussen het lokaal bestuur (gemeente- en OCMW-diensten), het openbaar ministerie (parket en arbeidsauditoraat) en politie (lokaal en federaal). Dit realiseert een veel effectievere handhaving van de openbare orde, het voorkomen van misdrijven en een alomvattende aanpak van onveiligheid.

Samen met de Wet op de gemeentelijke bestuurlijke handhaving kan er gewerkt worden aan een proactief veiligheidsbeleid i.p.v. een reactief beleid. Hierdoor kunnen we ook effectiever optreden tegen overlast, illegale economische activiteiten en verschillende fraudefenomenen. Met resultaat!

Brandweer, Hulpdiensten en Cel Dierenwelzijn

De veiligheid garanderen op het Dilbeekse grondgebied gaat ruimer dan het bestrijden van criminaliteit en overlast via politiewerking.

De bouw van de nieuwe brandweersite langs de Ninoofsesteenweg is intussen gerealiseerd, wat een verbeterde en snellere reactie van hulpdiensten garandeert en onze veiligheidsketen versterkt. Hiermee kan Dilbeek eindelijk gebruik maken van een volwaardige brandweer- en ziekenwagen- dienst: een professioneel korps overdag, een vrijwilligerskorps ’s nachts en tijdens het weekend. Bovendien blijft de garantie van Nederlandstalige hulpverlening behouden.

In samenwerking met de politie en gemeentelijke diensten werd de Dilbeekse Cel Dierenwelzijn opgericht. Het blijft immers van cruciaal belang dat het welzijn van onze dieren ook in de toekomst een centrale focus behoudt. Daarom volgen de leden van de Cel Dierenwelzijn opleidingen waardoor ze hun expertise op het gebied van dierenwelzijn vergroot. Het droeg de voorbije jaren ook bij tot het oplossen van een reeks schrijnende mistoestanden inzake dierenwelzijn op Dilbeeks grondgebied.

Visie

Een echte veiligheidscultuur

Voor N-VA is veiligheid geen loutere zaak van politie en justitie alleen: het gaat om een collectieve verantwoordelijkheid van burgers én overheid. Het handhaven van de veiligheid op haar grondgebied is dan ook één van de belangrijke kerntaken van een lokale overheid.

Burgers zijn een onmisbare partner in de strijd tegen criminaliteit en overlast. De uitrol van de BuurtInformatieNetwerken (BIN’s) is hiervan alvast een geslaagd voorbeeld: deze samenwerking versnelt het politionele optreden in geval van verdachte situaties, wat reeds vaak tot efficiënte interventies leidde.

Ook het gemeentebestuur, de administratie en de politie moeten zelf ook actief inzetten op de preventie van criminaliteit en overlast. N-VA gelooft in een doordachte nultolerantie en een lik-op-stukbeleid via GAS-boetes (Gemeentelijke Administratieve Sancties) om het gevoel van straffeloosheid en onveiligheid bij de burgers aan te pakken. De Dilbeekse uitbouw van de GAS-procedures draagt hiertoe bij. Idem voor de aanpak van fraudefenomenen via het protocolakkoord met het Parket Halle-Vilvoorde.

Het opgebouwde ‘integraal veiligheidsoverleg’ (IVO) waarbij gemeentelijke diensten (bevolking, jeugd, onderwijs, welzijn, …) in directe relatie gaan met de politiediensten, wordt verder uitgebreid. Ook in een mogelijke fusieoperatie met andere politiezones.

De nieuwe brandweerkazerne kreeg recent ook de invulling als ‘Veiligheidssite’ omdat naast de brandweerdiensten ook de lokale politie er gebruik van maakt voor veiligheidssimulaties en de lokale Rode Kruis-afdeling er onderdak kreeg.

Verder blijft N-VA Dilbeek ook strijden voor een definitieve oplossing wat betreft MUG-diensten uit Brussel met gebrekkige kennis van het Nederlands op Dilbeeks grondgebied. Er zijn reeds belangrijke stappen gezet, maar er ligt nog werk op de plank…

Concreet: maatregelen voor meer veiligheid

1.      N-VA wil voldoende middelen voor versterking van de capaciteit binnen de lokale politie en gemeenschapswachtdienst zodat efficiënte handhaving en naleving van regelgeving met betrekking tot Ruimtelijke Ordening, Milieu, Lokale economie en Integrale Veiligheid gewaarborgd kunnen worden.

2.      Een gespecialiseerd team voor het aanpakken van illegale economische activiteiten, fraudefenomenen en georganiseerde criminaliteit.

3.      Gerichte maatregelen voor verminderen van geluidsoverlast, vandalisme en hinderlijk gedrag op straat.

4.      Blijvende nadruk op versterken van buurtinitiatieven en gemeenschapsbetrokkenheid. Dit bevordert de actieve deelname van burgers aan veiligheidskwesties via buurtinitiatieven, buurtbijeenkomsten en Buurtinformatienetwerken (BIN).

5.      N-VA wil de zichtbaarheid verhogen van politie en handhavingsdiensten in de wijken en deelgemeenten, zeker in probleemzones.

6.      Het Dilbeeks cameraschild wordt verder uitgebreid. Ook met overlastcamera’s op strategische locaties om sluikstort tegen te gaan.

7.      Onveilige plekken worden permanent verlicht.

8.      Een fusie van politiezones om de slagkracht van onze politie te verhogen op voorwaarde dat de nabijheid van politiediensten in heel de zone gegarandeerd blijft en het geheel een efficiëntiewinst oplevert voor alle deelnemende gemeenten.

9.      Wij blijven hameren op een efficiënte Nederlandstalige hulpverlening op Dilbeeks grondgebied.

Analyse

Een goed mobiliteitsbeleid en verkeersveiligheid gaan hand in hand. Een goed georganiseerde mobiliteit moet niet enkel de doorstroming op de wegen verbeteren maar ook steeds uitgaan van veilige en kwaliteitsvolle verplaatsingen voor alle weggebruikers: voetgangers, fietsers, mensen met een beperking en autogebruikers.

De afgelopen jaren zijn er onder N-VA impuls heel wat stappen gezet:

• In straten, wijken, dorpscentra en schoolomgevingen zijn circulatiemaatregelen genomen om een vlotte en veilige verkeersafwikkeling te bekomen.
• Nieuw aangelegde straten werden op een verkeersveilige manier ingericht: de straatbreedte wordt beperkt tot het noodzakelijke, brede fietspaden worden aangelegd daar waar ze nodig zijn, afgebakende parkeerstroken zorgen voor duidelijkheid in het wegbeeld en voetpaden worden aangelegd met een kwaliteitsvolle streefbreedte van 1,5m.
• Er werden 6 schoolstraten ingevoerd, 6 fietsstraten ingericht en schoolomgevingen worden systematisch veiliger gemaakt. Dat is een permanente inspanning. In overleg met oudercomités, schooldirecties worden bijsturingen gedaan indien nodig.
• Er werden bijkomende blauwe zones ingevoerd waardoor er meer plaats ter beschikking is voor bezoekers en klanten daar waar de parkeerdruk hoog is. Evaluatie en bijsturing gebeuren indien nodig. Ook in overbelaste woonwijken worden blauwe zones ingevoerd zodat bewoners plaats hebben in hun eigen wijk.
• Voorrangswegen werden ingevoerd op onze hoofdwegen. De algemene voorrang van rechts op deze drukke wegen zorgde voor een verhoogd risico op kruispuntongevallen.
• Snelheidsremmende maatregelen werden genomen in die straten waar via metingen werd vastgesteld dat er te snel werd gereden. Op drukke en gevaarlijke hoofdwegen, doen we dit met trajectcontroles.
• Zones 30 werden ingevoerd in alle dorpskernen en aan schoolomgevingen. Ook in een aantal wijken werd een algemene zone 30 ingevoerd.
• Een serieuze inhaalbeweging op vlak van voet- en fietspaden werd ingezet. Reeds 35 km nieuwe fietspaden werd gerealiseerd, alsook 40 km nieuwe voetpaden.
• De gemeente heeft een dienst gemeenschapswachten opgericht. Deze wordt stelselmatig versterkt. Er werden 4 gemeenschapswachten/vaststellers aangesteld om meer te controleren op foutief stilstaan en parkeren en andere gedragingen die de verkeersveiligheid in het gedrang kunnen brengen.
• Aan openbare gebouwen, in dorpscentra en belangrijke knooppunten werden handige fietsbeugels geplaatst waaraan de fiets veilig vastgemaakt kan worden.
• In de nieuwe verordening woonkwaliteit zijn er nu strikte regels opgenomen met betrekking tot nieuwe (woon)ontwikkelingen. Het aantal parkeerplaatsen per woongelegenheid, normen met betrekking tot fietsenstallingen, deelwagens enz… worden nu opgelegd bij nieuwbouw.
• De eerste publieke deelwagens zijn eveneens in het straatbeeld verschenen. In druk bevolkte wijken en een aantal dorpscentra kan zo de parkeerdruk op termijn wat verminderen. Een deelwagen kan zo ook de druk op het persoonlijk gezinsbudget verminderen.

De lijst is lang, maar er moeten nog heel wat maatregelen genomen worden. Deze staan opgelijst in het mobiliteitsplan (www.dilbeek.be/mobiliteitsplan). Maar liefst 185 acties werden erin opgenomen.

Visie

Onze visie rond mobiliteit en verkeersveiligheid staat duidelijk opgenomen in het mobiliteitsplan: “Het mobiliteitsbeleid in Dilbeek zet in op kernen en lokale wegen om de leefbaarheid en verkeersveiligheid daar te verhogen. Dit is geen beleid tegen de auto, wel tegen de auto op de verkeerde plaats. De grote autodruk in Dilbeek verdringt immers de voetgangers, de fietsers en het openbaar vervoer.

In het mobiliteitsplan wordt ernaar gestreefd om dat verdringingseffect tegen te gaan op lokale wegen. In die zin wordt er ‘bottom-up’ gewerkt. De wegen van hogere categorie (ontsluitingswegen) blijven het gemotoriseerde verkeer opvangen en waar mogelijk gebeurt dat vlotter. Op de erftoegangswegen (lokale wegen type III) verschuift de prioriteit van het gemotoriseerd verkeer naar voetgangers en fietsers. Op ontsluitingswegen gebeurt dat met voet- en fietspaden en/of snelheidsremming en/of aangepaste gemengde inrichting”.

Deze visie werken we uit in 3 werkdomeinen:

• Ruimtelijke planning afstemmen op mobiliteit: Bijkomende ruimtelijke ontwikkelingen kunnen niet zomaar. Deze moeten eerst op hun mobiliteitseffecten afgewogen worden. Ontwikkelingen moeten bij voorkeur gebeuren op goed bereikbare plaatsen. Het woonomgevingsplan, dewelke bepaalt waar welke ontwikkelingen nog kunnen, is hiervoor een belangrijk (nieuw) instrument.
• Netwerken uitbouwen voor elke vervoersmodus: de fietsnetwerken worden aangelegd conform het mobiliteitsplan. Dilbeek werkt voluit mee aan de verdere realisatie van fietssnelwegen (langsheen de spoorlijnen). De wegcategorisering dient verder vorm gegeven te worden: heel wat grote ontsluitingswegen zijn aangepakt. De laatste onveilige ontsluitingswegen worden ook heringericht. De knooppunten (hoppin-punten) aan openbaar vervoersnetwerken moeten voldoende uitgebouwd worden.
• Ondersteunende maatregelen: voldoende handhaving en controle op overdreven snelheid, op foutparkeren en het niet-respecteren van andere verkeersregels.

Concreet: Maatregelen voor mobiliteit en verkeersveiligheid

1. N-VA wil verder werken aan veilige en toegankelijke dorpskernen. De dorpskern van Sint-Ulriks-Kapelle is in volle uitvoering (heraanleg Brusselstraat + omgeving kerk). De plannen voor de heraanleg van het centrum van Groot-Bijgaarden zijn in volle voorbereiding. Ook in Itterbeek, Schepdaal en Dilbeek gaan we verder met een veilige dorpskernvernieuwing.
2. De stationsomgeving van Dilbeek, alsook de onveilige H. Placestraat zullen aangepakt worden, dit in overeenstemming met het ontwerpplan voor de openbare ruimte.
3. Op drukke en dus potentieel gevaarlijke hoofdwegen, handhaven we de snelheid met trajectcontroles.
4. N-VA wil verder volop inzetten op het aanleggen van fietspaden waar ze nodig zijn. De lopende projecten worden onverkort uitgevoerd (Stationsstraat, Kasteelstraat, d’Arconatistraat, Schepdaalstraat, Industrialaan) en nieuwe fietspadenprojecten worden opgestart (H. Placestraat, Bodegemstraat, Brusselstraat Groot-Bijgaarden en Molenstraat). We waarderen die trage wegen op waar ze deel uitmaken van een functioneel netwerk.
5. We zetten in op de aanleg van de 3 fietssnelwegen in Dilbeek (naast de spoorlijnen én een fietssnelweg langs de Ring). Zij zijn een belangrijk deel van de mobiliteitsoplossing.
6. De gemeente werkt mee met de Vlaamse overheid aan de herinrichting van de N8. De doorstroming op deze gewestweg is van kapitaal belang alsook de veiligheid van fietser en voetganger.
7. We zetten het gevoerde parkeerbeleid verder: we richten kwaliteitsvolle parkings in (cfr Lumbeekstraat, Bosstraat, Dorpsplein,…), stellen blauwe zones in waar parkeren voor bewoners, bezoekers en klanten onder druk komt én we voeren een streng maar rechtvaardig beleid om foutparkeren terug te dringen. 
8. N-VA wenst beveiligde en overdekte fietsenstallingen aan treinstations, in partnerschap met NMBS.
9. Ook een verdere systematische aanpak van de stoepen staan op onze wenslijst. Een stoepenplan moet hiertoe bijdragen. Deze moeten toegankelijk zijn voor minder-mobiele mensen.
10. Schoolomgevingen worden verder beveiligd en makkelijk toegankelijk gemaakt voor voetgangers en fietsers via slimme schakels, doorsteken en fietspaden.
11. Circulatieplannen staan niet in steen gebeiteld. Opvolgen en verbeteren is steeds mogelijk mits het respecteren van de algemene doelstellingen.

Analyse

Het sociaal beleid is in handen van de stroom ‘Welzijn’ binnen gemeente Dilbeek. De gemeente Dilbeek heeft afgelopen jaren een voortrekkersrol genomen in de integratie van OCMW en de gemeentelijke welzijnsdiensten. Deze integratie moet op verschillende vlakken nog verder leiden tot een e!ciënter sociaal beleid.

De gemeente Dilbeek beschikt over 2 welzijnscampussen in Itterbeek en Groot-Bijgaarden. Hier kan men terecht voor alle vragen rond welzijn.

De gemeentelijke kinderopvang wordt in Dilbeek georganiseerd door de vzw Gemeentelijke kinderopvang en bevat intussen ook de ondersteuning van onthaalouders. Gemeente Dilbeek beschikt over 3 eigen kinderdagverblijven en neemt daarnaast ook een regisseursrol op met alle actoren binnen de kinderopvang binnen onze gemeente. Voor- en naschoolse kinderopvang wordt georganiseerd via uitbesteding aan een externe partner.

Wat betreft ouderenvoorzieningen beschikt Dilbeek over 7 woonzorgcentra, waaronder 1 in eigen beheer op de site in Itterbeek. Hiermee beschikken we na Leuven over het meest aantal erkende woonzorgcentra in Vlaams-Brabant. De gemeente beschikt over 620 opvangplaatsen in woonzorgcentra. Daarnaast beschikken we over 5 groepen assistentiewoningen, waarvan ook 1 in eigen beheer. Assistentiewoningen maken de brug tussen ondersteuningsbeleid inzake thuis wonen en tegemoetkomen aan hogere zorgnoden via de woonzorgcentra.

Niettegenstaande alle diensten uitgebouwd zijn om ouderen de mogelijkheid te geven om zo lang mogelijk in hun eigen woonst te blijven wonen, is er vooral nood aan informatie en een zorgcoördinator die het aanbod van de verschillende diensten op elkaar kan afstemmen. Een tweede luik is het aanpakken van het sociaal isolement van ouderen in hun thuisomgeving. Dilbeek beschikt over een lokaal dienstencentrum met activiteiten op de 2 welzijnscampussen.

Met betrekking tot de sociale bijstand wordt de federale wetgeving toegepast. Een grondige aanpak maakt dat het aantal leefloners met 2,83 per 1000 inwoners ruim onder het gemiddelde van onze regio ligt. 42% hiervan zijn gezinnen met kinderen ten laste, wat ruim boven het gemiddelde in de regio uit steekt. Dilbeek zet dan ook sterk in op het bestrijden van kinderarmoede.

Van alle Dilbeekse inwoners genieten 12% over een verhoogde tegemoetkoming voor gezondheidszorgen en 2,8% van de 65-plussers genieten een inkomstengarantie voor ouderen.In beide gevallen lager dan gelijkaardige gemeenten. In Dilbeek zijn 3,7% van de bevolking op beroepsactieve leeftijd werkzoekende. Inzetten op activering blijft dan ook hoogst noodzakelijk.

Met betrekking tot sociale tewerkstelling zet Dilbeek vooral in op het ondersteunen ervan door zelf gebruik te maken van sociale tewerkstellingsinitiatieven. Zo worden heel wat onderhoudswerken voor het openbaar domein uitbesteed aan sociale tewerkstellingsinitiatieven. We trachten hierin een evenwicht te vinden tussen private en sociale tewerkstelling. Er zijn twee zeer goed uitgebouwde instellingen voor opvang en verzorging voor personen met een beperking.

Visie

Omdat ons welzijnsbeleid wordt beheerd onder 1 directie kan er verder werk gemaakt worden van een versterkt sociaal beleid. Met duidelijke structuren en verantwoordelijkheden kunnen we verder werken aan een betere dienstverlening naar de inwoners. Communicatie en het kanaliseren van de vragen van inwoners moeten resulteren in adequate oplossingen en een aangepast beleid.

Via Vlabzorginvest bekijken we welke investeringen in ons aanbod noodzakelijk zijn. Hierbij is het hebben van eigen infrastructuur geen doel op zich, maar richten we ons op het aanbieden van kwalitatieve zorg.

Met betrekking tot kinderopvang willen we de inhaalbeweging verderzetten van afgelopen jaren. We zetten verder in op het aanmoedigen en rekruteren van nieuwe onthaalouders. We nemen de regie in handen in samenwerking met alle actoren actief binnen de kinderopvang. We faciliteren waar mogelijk groepsopvang door het ter beschikking stellen van ruimte binnen gemeentelijke gebouwen. We maken naschoolse opvang pedagogisch verantwoord, zeker voor kinderen met taalachterstand.

We zetten in op sensibiliseren en informeren inzake gezonde voeding en voldoende bewegen in scholen en verenigingen. Onze hulpverleners gaan actief op zoek naar mensen in eenzaamheid. Inzake drugs en alcohol zetten we naast preventieve acties ook in op verplichte begeleiding.

De werking van het woonzorgcentrum Breugheldal heeft bewezen dat de uitbating in eigen beheer een meerwaarde biedt voor die zorgbehoeften waar andere actoren minder op inzetten. We gaan in overleg met partners om infrastructuur met aangepaste woonvormen te creëren. De eigen keuze van de oudere staat voorop in functie van de zorgbehoefte.

Met betrekking tot sociale bijstand wil N-VA meer dan vandaag actief inzetten op het bestrijden van sociale fraude. Ondersteuning moet gaan naar mensen die het écht nodig hebben. Allerhande achterpoortjes naar misbruik moeten gesloten worden. De controle op oa. medische attesten, zwartwerk en opleidingsvooruitgang zal verhoogd worden.

Inzake tewerkstelling zetten we in op activering. De enige weg uit bijstand en armoede is de weg naar tewerkstelling. Hiervoor zetten we actief in op jobcoaching. Voor wie moeilijk terecht kan op de reguliere arbeidsmarkt zetten we in op verplichte werkervaringsstages binnen gemeente en partnerorganisaties.

We hebben vandaag te veel verschillende sociale premies en voordeelstelsels. Bijkomende steun voor medicatie, hulpmiddelen, energiepremies, woonpremies, voorrangsregels en particpatietarieven allerhande, … N-VA wil de vele afzonderlijke gemeentelijke premies en voordelen hervormen tot een duidelijk steunpakket per doelgroep en beperkt in tijd. We vragen actieve inspanningen van de verkrijgers om hun financiële situatie te verbeteren.

Projecten inzake kinderarmoede worden verder gezet. Naar analogie zetten we ook gericht in op ouderen in armoede.

We blijven maximaal gebruik maken van sociale tewerkstellingsinitiatieven voor de uitvoering van onze gemeentelijke taken. 

Concreet: Maatregelen voor welzijn

1. We zetten in op dienstverlening aan huis en bieden advies en hulp met betrekking tot het aanvragen van documenten en het invullen van formulieren.
2. We stimuleren nieuwe initiatieven bij onthaalouders. We zetten hierbij ook in op taalondersteuning bij kinderen.
3. We ondersteunen ouderen om zolang als mogelijk thuis te blijven wonen. We begeleiden hen in aanpassing van hun woning en het verkrijgen van subsidies.
4. N-VA wil een duidelijke oplossing voor WZC Breugheldal en zet in op specifieke zorgbehoeften van vandaag. We focussen op zorg die andere aanbieders te weinig of niet aanbieden in onze gemeente.
5. De bestrijding van sociale fraude is prioritair. Ondersteuning moet gaan naar de mensen die het écht nodig hebben.
6. We hervormen de gemeentelijke premies en voordelen tot een duidelijk steunpakket beperkt in tijd.
7. We activeren steuntrekkers en begeleiden hen op maat en volgens hun mogelijkheden. Een job is de beste garantie tegen armoede.
8. We verplichten werkervaringsstages en gemeenschapsdienst binnen gemeente en partnerorganisaties voor wie nog niet terecht kan op de reguliere arbeidsmarkt.
9. Sociale tewerkstelling wordt ondersteund door zelf beroep te doen op sociale tewerkstellingsorganisaties.

Analyse

In de afgelopen bestuursperiode heeft onze gemeente aanzienlijke vooruitgang geboekt op het gebied van milieu- en energiebeleid, waarbij we de recentste ontwikkelingen op dit terrein in acht hebben genomen.

Zo hebben we:

• onze gebouwen verder energievriendelijk gemaakt op basis van energieaudits;
• een vastgoedstrategie uitgewerkt die toelaat onze gemeentelijke gebouwen energie-efficiënt en toekomstgericht in te zetten;
• het gemeentelijk wagenpark vergroend (dieselwagens werden vervangen door wagens op elektriciteit en CNG);
• elektrische fietsen aangekocht voor de verplaatsingen van het gemeentepersoneel;
• extra bos aangelegd, met de aanplant van meer dan 55.000 nieuwe bomen;
• de begraafplaatsen verder ingegroend zodat een pesticidenvrij beheer mogelijk is;
• 100% omschakeling gemaakt naar energiezuinige LED-verlichting in het openbaar domein en in onze sportinfrastructuren;
• bijkomende laadpalen geïnstalleerd op

De gemeente geeft het goede voorbeeld inzake milieubeheer en energieverbruik. Daarnaast dragen we indirect bij aan een beter milieubeleid. Zo hebben we ons fietsbeleid versterkt en maar liefst 40 kilometer aan fietspaden aangelegd. Bovendien zijn de parkeerfaciliteiten bij onze treinstations uitgebreid, waardoor mensen worden aangemoedigd om meer gebruik te maken van het openbaar vervoer.

Visie

De N-VA pleit voor een gemeentelijk energie- en milieubeleid dat gebaseerd is op duurzaamheid. Dit betekent dat we streven naar een e!ciënt beleid door middel van weloverwogen en rationele beslissingen.

N-VA wil de reeds ondernomen acties voortzetten en indien nodig uitbreiden. We streven ernaar om het goede voorbeeld te geven door onze gebouwen zo energiezuinig mogelijk te maken. Als lokaal bestuur vinden we het belangrijk om minstens even goed te presteren als de normen die we aan de bevolking opleggen. We streven er naar om de straatverlichting verder te optimaliseren door over te schakelen naar individueel gestuurde LED-verlichting. Daarnaast informeren en sensibiliseren we bewoners en bedrijven om hun gebouwen energiezuinig te maken en de verharding in hun omgeving te verminderen. We bieden ondersteuning door begeleiding en doorverwijzing naar energiebesparende technieken. Bovendien willen we ons gemeentelijk wagenpark (behalve vrachtwagens) verder elektrificeren en sommige voertuigen delen met de bevolking.

We zetten ons beleid op het gebied van mobiliteit voort, waarbij we de fietser opnieuw een prominente plaats geven op onze straten door de aanleg van fietspaden en de uitbreiding van fietsenstallingen op knooppunten. We willen vooral werk maken - in samenwerking met de spoorwegen - van beveiligde en afgesloten fietsenstallingen bij de stations. Scholen en sport-en jeugdclubs stimuleren we om mobiliteit als project op te nemen zodat kinderen meer met de fiets of te voet zich verplaatsen naar school en in hun vrije tijd. In de eerste plaats de ouders, maar ook de leerkrachten, trainers, leiders hebben het goede voorbeeld te geven.

We ondersteunen ook het systeem van autodelen.

We streven ernaar de bestaande natuur te versterken. Het ruimtelijk uitvoeringsplan (RUP) open ruimte biedt daar een kans toe. Met dit RUP kreeg 50 hectare woonuitbreidingsgebied een groene bestemming. Met een groenplan nemen we concrete acties op het terrein. Dilbeek blijft deel van de Groene Gordel als groene bu#er naast de grootstad.

Tot slot wil N-VA dierenwelzijn integreren in het milieubeleid. In onze samenleving groeit terecht de bezorgdheid over onze omgang met dieren. Een moderne samenleving met sterke morele waarden draagt een humane behandeling van alle levende wezens hoog in het vaandel. Dierenwelzijn is een verantwoordelijkheid die alle burgers samen moeten dragen.

Concreet: Maatregelen voor leefmilieu en energie

1. Verdere digitalisering van onze dienstverlening en de gemeentelijke werking om het overmatig gebruik van papier bij de gemeentediensten te beperken.Het gemeentelijk archief maken we minstens 80% digitaal toegankelijk.
2. Het gemeentelijk wagenpark wordt verder geëlektrificeerd.
3. Herlokalisatie van het recyclagepark naar de Winddries-site aan de N8.
4. Sinds begin 2024 wordt GFT-afval (Groente-, Fruit- en Tuinafval) wekelijks opgehaald in plaats van tweewekelijks. N-VA pleit voor verder bewustmaking over afvalvermindering, recycling en het uitbreiden van gescheiden inzamelingen. De focus ligt op het verminderen van de hoeveelheid restafval per inwoner.
5. We passen het openbare lichtplan aan zodat er meer op straatniveau kan gestuurd worden.
6. We onderzoeken welke gemeentelijke gebouwen geschikt zijn voor de installatie van bijkomende zonnepanelen. Deze kunnen eventueel gedeeld worden met de buurt. Bij nieuwbouw of grondige renovaties onderzoeken we de mogelijkheid van geothermische technieken.
7. Op vlak van mobiliteit zetten we de aanleg van fietspaden verder en zorgen we ook voor meer fietsenstallingen. Op wijkniveau breiden we autodeelprojecten uit en moedigen we het gezamenlijke gebruik van veloboxen aan.
8. We zoeken bijkomende locaties voor de aanplanting van bossen en groengebieden, met respect voor de landbouwsector.
9. We stimuleren om te ontharden. Maar passen te rigide regelgeving aan met betrekking tot de voortuinen.
10. We handhaven inbreuken tegen dierenwelzijn.

Analyse

De Dilbeekse begroting bedraagt een kleine 100 miljoen euro per jaar. Het overgrote deel van deze middelen gaat naar werkingsmiddelen voor politie, brandweer en lonen voor (gemeentelijk) onderwijzend personeel en gemeente- en OCMW-personeel.

Opgesplitst per ‘departement’ gaat volgend percentage van onze middelen naar:

• Welzijn en zorg:22%

• Politie, brandweer en GAS-ambtenaren: 14%

• Onderwijs: 13%

• Vrije Tijd (jeugd, cultuur, sport, erfgoed): 13%

• Mobiliteit en wegenwerken: 12%

• Groenbeheer: 4%

• Ruimtelijke ordening en wonen: 3%

• Afbetalen van leningen: 5%

Een gemeentelijke begroting moet – in tegenstelling tot een Vlaamse of federale begroting – op het einde van de bestuursperiode steeds in evenwicht zijn. Inclusief de rentelasten op leningen. Er moet dus een overschot zijn op de werking, of een gemeente kan geen leningen opnemen en dus niet investeren. Lenen voor de dagelijkse werking is uitgesloten. Een gemeente moet dus automatisch de tering naar de nering zetten.

De loonmassa bedraagt in totaal bijna 40% (38,2%) van heel het budget. In Vlaanderen is dat gemiddeld 40,6%. Dat wil dus zeggen dat Dilbeek zuinig omgaat met personeelsbudgetten.

Tot slot: de schuld per inwoner in Dilbeek bedroeg ongeveer 500 euro. Dat is de afgelopen jaren serieus gedaald. Dat komt omdat er steeds voldoende middelen over waren om investeringen te betalen zonder veel te moeten lenen. Echter, door de verschillende crisissen die Europa de laatste jaren heeft meegemaakt en de gevolgen ervan (een zeer hoge indexering van meer dan 10%, en prijsstijgingen tot 25%), is deze marge weg. De gemeente zal dus meer leningen moeten opnemen, net op een moment dat ook de rentes sterk zijn gestegen.

Een gemeente doet niet alles alleen. In een aantal gevallen worden bepaalde zaken in samenwerking met andere gemeenten uitgevoerd. Een bekend voorbeeld is de afvalophaling en verwerking. Deze gebeurt door ‘Intradura’, een intergemeentelijk samenwerkingsverband (IGS). Voor een dergelijke taak is schaalgrootte belangrijk en wordt dit best gedaan in een groter geheel. Zo is ook waterbedeling, waterzuivering, het gasnet, het elektriciteitsnet, het datanetwerk,… in het beheer van een groter geheel. Dat kan een IGS zijn (bvb TMVW als rioolbeheerder), maar ook een Vlaamse overheidsinstantie (zoals De Watergroep). Niet alle samenwerkingsverbanden zijn even relevant. Dilbeek maakt deel uit van maar liefst 50 samenwerkingsverbanden in alle vormen, maten en kleuren.

Sommige bevoegdheden worden ook ‘intern’ uitbesteed. Dat kan een meerwaarde zijn indien het gaat om duidelijk afgebakende bevoegdheden. Zo is er de vzw kinderopvang die de gemeentelijke opvang initiatieven beheert en ook een coördinerende rol heeft naar onthaalouders.

Visie

De gemeente haalt ongeveer de helft van haar inkomsten uit belastingen die zij zelf kan bepalen: de opcentiemen op personenbelasting (6,9%) en de (740) opcentiemen op de onroerende voorhe!ng (het ‘kadaster’) – (900 opcentiemen voor grote bedrijven). Dit zijn geen hoge belastingvoeten. Een vergelijking met andere Vlaamse gemeenten doet ons vaststellen dat de Dilbeekse belastingvoeten zich aanzienlijk onder het Vlaams gemiddelde bevinden (7,21% personenbelasting en 877 opcentiemen).

Via Vlaanderen krijgt Dilbeek jaarlijks 8,5 miljoen euro uit het gemeentefonds, of 186 euro per inwoner. Niet elke gemeente is echter gelijk bedeeld. Halle krijgt jaarlijks maar liefst 4 miljoen euro meer uit dat fonds, terwijl ze minder inwoners hebben. Vilvoorde, met een paar 1000 inwoners meer, krijgt het dubbel van Dilbeek. Niet elke randgemeente kan dus met gelijke wapens strijden. Dilbeek moet dan ook strijden voor een eerlijk deel van de (gemeentefonds-)koek.

Een belangrijk deel van de inkomsten komt uit retributies, heffingen die we opleggen voor het verkrijgen van een individuele dienst (verkoop huisvuilzakken, bijdrage voor aflevering van documenten en administratieve stukken,…). Deze retributies moeten op een redelijk maar ook realistisch niveau liggen. Het kan niet zijn dat iedereen bijdraagt aan diensten die niet iedereen nodig heeft.

N-VA wenst de belastingen op een aanvaardbaar niveau te houden.

De investeringsmarge zal de komende jaren beperkter zijn. Elke investering moet dus goed afgewogen worden aan de werkelijke nood. En als we investeren, moet het gaan over functionaliteit, niet om prestige.

We wensen eveneens een grondige analyse van wat de gemeente nog in haar takenpakket moet laten en wat niet. Een lokaal bestuur moet zich beperken tot de kerntaken.

De verkoop van gemeentelijke gronden en gebouwen is geen taboe. De opbrengst wordt bij voorkeur in een fonds gestopt waarmee investeringen gedaan worden die zichzelf op termijn terug betalen.

Er moet tevens onderzocht worden of bepaalde taken niet e!ciënter kunnen binnen autonome constructies zoals een Autonoom Gemeentelijk Bedrijf. Niet enkel om financiële optimalisaties maar eveneens om goede profielen te kunnen aantrekken. Deze constructies kunnen ook op intergemeentelijke schaal georganiseerd worden.

Dat brengt ons bij de (vele) intergemeentelijke samenwerkingsverbanden. Vaak is Dilbeek hierbij de grootste participant en dus ook een netto-betaler. N-VA wenst enkel de noodzakelijke, nuttige samenwerkingsverbanden te behouden. We richten ons hiervoor ook op die gemeenten met gelijkaardige problemen en uitdagingen als de onze. Gelijkwaardige en gelijkaardige partners.

Concreet: Maatregelen voor financiën en algemeen bestuur

1. We behouden het huidig investeringsniveau. Belastingen worden tot het noodzakelijk niveau beperkt. Retributies kunnen aangepast worden richting kostende prijs en moeten geïndexeerd worden.
2. De gemeente richt zich verder op zijn kerntaken. Een doorlichting van de dienstverlening kan leiden tot het afstoten of niet meer uitvoeren van bepaalde taken. Een verdere uitbesteding van taken behoort eveneens tot de mogelijkheden.
3. Overbodig patrimonium kan enkel verkocht worden indien de opbrengst gebruikt wordt voor andere noodzakelijke investeringen.
4. We onderzoeken of bepaalde taken niet beter uitgeoefend kunnen worden in autonome constructies, al dan niet intergemeentelijk.
5. Het aantal intergemeentelijke samenwerkingsverbanden beperken we tot diegene die een meerwaarde hebben voor onze gemeente. We richten ons geografisch ook op gelijkaardige en gelijkwaardige partners.
6. We gaan actief ijveren voor meer middelen voor Dilbeek en de andere Vlaamse randgemeenten via het gemeentefonds.
7. We maken realistische, betaalbare en uitvoerbare plannen.

Analyse

Tijdens de voorbije bestuursperiode heeft de gemeente Dilbeek zich nog meer gericht op het verbeteren van communicatie, algemene dienstverlening en betrokkenheid van de inwoners.

Zo werd het team van de in de vorige bestuursperiode aangestelde communicatiemedewerker versterkt met 4 communicatiepartners. Vanuit verschillende invalshoeken hebben we nu meer mensen die zich bezighouden met communicatie binnen de gemeente.

Sociale media, reeds geïntroduceerd tijdens de vorige legislatuur, zijn steeds populairder geworden als manier om met inwoners te communiceren.De Dilbeekse Facebookpagina heeft bijna 4.900 volgers en X (de nieuwe Twitter) heeft 856 volgers.Er werd gewerkt aan het verbeteren van de inhoud en de structuur van de website van Dilbeek en daarnaast werd de DilbeekApp geïntroduceerd.

Via deze kanalen kunnen bewoners nu gemakkelijk afspraken maken met verschillende gemeentelijke diensten. De dienstverlening aan de loketten gebeurt intussen enkel nog op afspraak, wat door onze inwoners gewaardeerd wordt omdat we niet meer hoeven aan te schuiven.

Daarnaast zorgen 3 digitale communicatieborden (Brusselstraat, Dansaertlaan en Ijsbergstraat) voor een snelle stroom aan informatie zoals belangrijke wijzigingen, aankondigingen van activiteiten en allerlei interessante weetjes.Zo blijven de inwoners goed op de hoogte van wat er in Dilbeek gebeurt!

De gemeenteraden en commissievergaderingen kunnen nu gevolgd worden via livestream. Er werd geïnvesteerd in betere technologie, waardoor de kwaliteit van deze uitzendingen is verbeterd.

De voorbije jaren hebben we ook ingezet om de Dilbekenaren te betrekken bij het gemeentelijk beleid. Er werd een nieuw model voor participatie ontwikkeld gebaseerd op de noden van zowel de inwoners als de verenigingen.We creëren een echt model voor adviesverlening op maat.

Visie

De rol van communicatie heeft zich ontwikkeld van simpelweg informeren naar echt in contact staan met anderen. Vroeger ging het vooral om het zenden en ontvangen van berichten, maar nu moeten we naar een omgeving waarin iedereen constant, op elk moment, in alle richtingen communiceert. En dit niet enkel mondeling, maar eveneens via mobiele en interactieve kanalen.

De mondige inwoner laat van zich horen via verschillende kanalen en wil betrokken worden bij het beleid. Bovendien worden inwoners steeds meer divers en zij raadplegen niet alleen de officiële maar ook andere informatiebronnen.

Het is daarom belangrijk om mee te gaan met de evoluerende beeldcultuur en de nieuwe technologieën die zowel inwoners als gemeentelijke diensten helpen om de dienstverlening nog e!ciënter en gebruiksvriendelijker te maken.

Stap voor stap dienen we deze nieuwe technologieën zoals artificiële intelligentie (AI), participatieplatformen, spraak- en chatbots, smart city, Internet of Things, Virtual Reality,… te introduceren en mee te integreren in de communicatiestrategie van Dilbeek. Dit zal ons helpen om de juiste informatie met de juiste doelgroepen via de juiste kanalen te delen.

Het is belangrijk dat elke Dilbekenaar hierin betrokken wordt en daarom moet er duidelijk gecommuniceerd worden over de beschikbare communicatiekanalen van de gemeente. We moeten ervoor zorgen dat iedereen weet waar hij of zij informatie kan vinden.

Ook de digitale communicatieborden moeten verder uitgebreid worden. Het is sowieso voorzien dat handelaren (tegen betaling) en Dilbeekse verenigingen hierop informatie kunnen plaatsen en aankondigingen kunnen doen.

Communicatie is de sleutel in het gemeentelijk beleid en moet professioneel worden aangepakt. Bij elke stap die we zetten, moeten we ons afvragen of we hierover moeten communiceren met de inwoners. We moeten communiceren vanuit het perspectief van de inwoners en laten zien wat het voor hen oplevert. Kortom, communicatie is niet langer iets oppervlakkigs, maar een echte specialiteit binnen de gemeente die serieus genomen moet worden.

Terwijl de communicatie van de gemeente aan de burger werd uitgebreid, merken we wel problemen wanneer de burger een vraag heeft voor een gemeentelijke dienst. Men kan niet verwachten dat een burger alle diensten en verantwoordelijkheden kent. Daarom moet het centraal e-mail adres (info [at] dilbeek.be) beter bemand worden. De betrokken ambtenaar kent alle diensten en kan veel sneller de vraag aan de correcte dienst doorgeven.

Dienstverlening gaat ook ruimer: mensen in de bloemetjes zetten naar aanleiding van bijvoorbeeld jubilea. Na Covid werden de jubilea beperkter ingericht. N-VA wil hier terug een mooi moment van maken met de betrokkenen mét familie en vrienden.

Concreet: Maatregelen voor communicatie, dienstverlening & participatie

1. Ontwikkeling van een nieuwe lange termijn communicatiestrategie en -organisatiestructuur, waarin de integratie van nieuwe technologische ontwikkelingen wordt meegenomen, met aangepaste communicatie voor de verschillende doelgroepen.
2. Evolutie van communicatiepartners naar communicatiespecialisten en het positioneren van communicatie, vooral proactief, als een essentieel element in het gemeentelijk beleid.
3. Introduceren van nieuwe vormen van sociale media (zoals Instagram, Hoplr, enz.) die gericht zijn op specifieke doelgroepen en het benutten van vernieuwende beeldtechnieken.
4. Handhaven van offline media en kanalen (zoals het gemeentelijk informatieblad) maar deze wel optimaliseren en e!ciënter maken.
5. Ontwikkelen van een nieuwe gebruiksvriendelijke en informatieve website, flexibel en ondersteund door een solide procedure voor het updaten ervan. Hierbij wordt rekening gehouden met verschillende doelgroepen, zoals onderscheid tussen bewoners en ondernemers.
6. De DilbeekApp verder ontwikkelen door nieuwe functionaliteiten toe te voegen.
7. Opstellen van een 'Communicatie over communicatie'-plan om de burger voortdurend op de hoogte te houden van de communicatiemethoden van de gemeente.
8. Ontwikkelen van een vormingsplan met initiatieven om mensen die minder digitaal vaardig zijn actief te ondersteunen bij de overgang van o#ine naar online, en om vertrouwen te creëren in het veranderende digitale landschap.
9. End-to-end opvolging en communicatie over de stand van zaken van klachten, meldingen, aanvragen, dossiers, enz. naar de burger.
10. Opzetten van gestructureerd algemeen onthaal (fysiek, telefoon, digitaal) om inwoners op eenvoudige wijze door te verwijzen naar juiste diensten.
11. Maximaliseren van het nieuw participatiemodel om meer geëngageerde inwoners/ handelaars te betrekken bij lokale projecten, inspraakmomenten te organiseren, ideeën en suggesties te verzamelen.
12. Het instellen van één loket (mailadres) waar burgers met al hun vragen terecht kunnen.
13. Mensen in de bloemetjes zetten (bvb jubilea) vieren we samen, met vrienden en familie.

Analyse

Dilbeek heeft een wegennet van meer dan 250km. Indien je straten met 2 rijrichtingen meetelt kom je aan ongeveer 300 km. Hier komen nog 120 km voetpaden en een 40-tal km fietspaden bij. Onverharde en trage wandelwegen tellen we gemakkelijkheidshalve niet mee (maar die moeten uiteraard ook onderhouden worden).

In 2013, toen N-VA de bevoegdheid Openbare Werken kreeg, was ons eerste werk het opmaken van een gedetailleerde inventaris. Ongeveer 16% van de wegen bevond zich toen in slechte staat, 23% in een ‘enigszins aanvaardbare toestand’. Samengevat: aan zeker 40% van de wegen moest iets gedaan worden, of 120km…

10 jaar later

We hebben niet stil gezeten. Maar liefst 70 km wegen werden volledig vernieuwd. 40 km hiervan hebben ook nieuwe riolering gekregen. 30 km weg kreeg een nieuwe toplaag. In totaal werd dus 100 km weg vernieuwd. Ook 40 km aan voetpaden werden vernieuwd, al dan niet in combinatie met een vernieuwing van de weg. En tot slot werd er reeds voor 35 km aan nieuwe fietspaden aangelegd. Andere wegenwerken zijn in volle voorbereiding.

Het mag gezegd: met N-VA aan het “openbare-werken stuur”, is de inhaalbeweging ingezet! Er is stevig (verder) gewerkt!

Visie

Investeringen in wegen, voet- en fietspaden, pleinen en parkings vergen veel middelen. Deze moeten dus doordacht aangepakt worden. De investeringen van de afgelopen én de komende jaren vereisen volgende randvoorwaarden:

• De financiële middelen zijn beschikbaar. Zonder voldoende middelen te voorzien, is een inhaalbeweging niet mogelijk. Zo bouwen we die verborgen schuldenberg af en kunnen de uitgaven op termijn zakken. Waar mogelijk wordt gebruik gemaakt van subsidies. De aanleg van fietspaden wordt op de meeste plaatsen voor 90 à 100% gesubsidieerd door de Vlaamse overheid en provincie. Het zou dom zijn die middelen niet te gebruiken. Ook het verstandig gebruiken van saneringsmiddelen en subsidies voor nieuwe en te vernieuwen rioleringen, verzachten de impact op de gemeentelijke begroting.
• Een doordachte aanpak. Een aanpak op 2 sporen: enerzijds de slechte wegen aanpakken, anderzijds ervoor zorgen dat wegen in goede staat niet op korte tijd snel achteruitgaan. Een weg verslijt namelijk sowieso. De snelheid van slijtage hangt ook hier weer af van verschillende factoren: de staat van de fundering, het volume verkeer dat de weg gebruikt, gebruik door zwaar verkeer (vrachtwagens en bussen) enz… Wegen moeten dus blijvend onderhouden worden om de levensduur te verlengen. Andere wegen zijn in zo’n slechte staat zodat ze volledig vernieuwd moeten worden.
• De aanleg van nieuwe wegen wordt gecombineerd met het vernieuwen van de nutsleidingen: onder de grond bevinden zich vaak versleten waterleidingen, elektriciteits-, gas- en communicatieleidingen. Wanneer een weg volledig vernieuwd wordt, worden doorgaans ook alle nutsleidingen vernieuwd.
• Ook de straatverlichting wordt verder vervangen door energiezuinige LED-verlichting. Dilbeek zal eind 2024 als één van de eerste Vlaamse gemeenten een volledige wegverlichting met LED-lampen hebben.
• De aanleg en hernieuwing van riolering zijn eveneens noodzakelijk. Dilbeek moet nog de laatste stappen zetten om alle woningen aan te sluiten op het rioleringsstelsel, dit om een zuiveringsgraad van 100% te bereiken (we zitten nu aan 97%). Een tweede prioriteit inzake rioleringen is de wateroverlast. Er is meer bijgebouwd en de capaciteit van riolen voldoet in sommige regio’s niet meer. Tot slot moet bij elke fundamentele wegvernieuwing nagegaan worden of de rioleringen nog in goede staat zijn. In functie daarvan wordt al dan niet een nieuw (gescheiden) stelsel aangelegd.
• Het vernieuwde mobiliteitsplan is de leidraad om te bepalen waar voetpaden en fietspaden nodig zijn. Fietspaden leggen we aan op drukke (ontsluitings)wegen. Het door de gemeente vastgelegde functioneel fietsroutenetwerk is daarvoor bepalend. Het stoepenplan moet definitief vastleggen waar we voetpaden aanleggen en waar niet.

Concreet: Maatregelen voor openbare werken

1. N-VA wil verder bouwen aan de weg en streeft ernaar de achterstand inzake slechte wegen weggewerkt te hebben. We leggen hiervoor volgende prioriteiten:
   • Naast de vernieuwing van de wegen in slechte staat, willen we ook systematisch de wegen vernieuwen die nu aangelegd zijn met betonplaten en de kenmerkende Dilbeekse klinkers (trifblokken), zeker daar waar er druk verkeer is, aangezien ze daar voor de meeste overlast zorgen.
   • Nieuwe fietspadenprojecten zijn de volgende: de as Stationsstraat – Kasteelstraat (inclusief een deel van de d’Arconatistraat), Industrialaan en Schepdaalstraat zijn in volle voorbereiding. De Molenstraat, de Brusselstraat in Groot-Bijgaarden en de resterende delen van de Bodegemstraat en de Jan de Trochstraat. Uiteraard worden de wegen en voetpaden hier ook vernieuwd waar nodig. Bij voltooiing zal Dilbeek een volledig functioneel fietsroutenetwerk hebben.
   • Vernieuwing dorpscentra:
     • in Sint-Ulriks-Kapelle starten de werken aan de Sint-Ulrikstraat na de heraanleg van de Brusselstraat
     • De werken in het centrum van Groot-Bijgaarden kunnen van start gaan in 2025.
     • In het centrum van Dilbeek willen we het Gemeenteplein en de straten op en rond het Moeremansplein aanpakken.
     • In Itterbeek moet de omgeving rond de kerk grondig aangepakt worden (inclusief Weidestraat waar regelmatig wateroverlast is).
     • In Schepdaal pikken we de draad terug op met de heraanleg van het centrum en een plein met voldoende parkeerplaatsen in combinatie met een aangenaam plein.
   • We vergeten de grensstraten niet. Met Lennik is er een dossier in voorbereiding om de Scheestraat (tussen N8 en Geraardsbergsestraat) volledig te vernieuwen. Ook met Sint Jans-Molenbeek is er een overeenkomst om de Palokestraat en Kasterlindestraat volledig te vernieuwen.
   • Nu de hoofdwegen bijna allemaal zijn aangepakt, kan de focus verschuiven naar wijken waar de wegen en voetpaden aan vernieuwing toe zijn. De Palokewijk komt als eerste aan de beurt. Verder denken we aan de oude wijken in Savio, Zonlaan, Reinaertwijk, Nieuwenbos enz.
2. In 2018 heeft de gemeente een gedetailleerde inventaris laten opstellen over de staat van de verschillende wegen. Op basis hiervan wordt het onderhoudsprogramma opgemaakt en worden de prioriteiten gelegd inzake heraanleg van wegen. Deze inventaris wordt in 2024 geactualiseerd. Op die manier kunnen onderhoudsprogramma’s opgesteld en uitgevoerd worden, op basis van objectieve meetresultaten.
3. We leggen onze plannen naast die van de nutsmaatschappijen. Zo moeten heel wat leidingen vernieuwd worden. Oude waterleidingen, fiber, een verzwaring van het elektriciteitsnet naar 400 V. Deze vernieuwing stemmen we zoveel als mogelijk af op de gemeentelijke plannen.
4. Het Vlaams Gewest is bezig met een studie voor de herinrichting van de N8 en het kruispunt N8/R0. De gemeente werkt hier constructief aan mee.
5. De gemeente voorziet extra controle op de nutsmaatschappijen zodat de weg in goede staat hersteld wordt.

Analyse

Het openbaar domein moet er verzorgd en goed onderhouden bijliggen. Een slecht onderhouden openbaar domein wekt de indruk van verloedering, onveiligheid en verstedelijking. Naast het vernieuwen van straten en voetpaden ligt er heel wat werk op de plank om zwerfvuil en sluikstorten aan te pakken en het groenonderhoud te optimaliseren.

Het sluikstorten is een steeds toenemend probleem ten gevolge van de verstedelijking. Vele inwijkelingen hebben andere gewoonten dan die een doorsnee Vlaming heeft afgeleerd. Dat gaat van het wegwerpen van sigarettenpeuken, blikjes, pizzadozen (‘zwerfvuil’) tot de grote sluikstorten. De aanpak ervan moet op verschillende fronten gebeuren. Statiegeld zou er bijvoorbeeld kunnen voor zorgen dat blikjes niet meer worden weggegooid. Doet men het toch, dan kan een bewoner met burgerzin er nog wat geld aan verdienen. Hopelijk komt er snel een goed werkend systeem. De Vlaamse Regering bereidt dit voor.

Verder moet het gevoel van straffeloosheid aangepakt worden. De pakkans moet aanzienlijk vergroot worden. En indien de daders gevat kunnen worden, moet de boete/straf voldoende zijn, zodat men niet meer in herhaling valt.

Plaatsen waar vuilbakjes staan (er staan er ongeveer 300) worden steeds meer plekken waar mensen gewoon hun afval gaan bijzetten. En dat heeft een verder aanzuigeffect.

Ook het vroegtijdig buitenzetten van huisvuilzakken, of laattijdig om ze vervolgens te laten staan, is een meer voorkomend fenomeen.

Het groenonderhoud is eveneens geen gemakkelijke opgave. Onkruid mag niet meer bestreden worden met het gebruik van herbiciden en pesticiden. Bovendien moet er steeds meer onthard worden. De regels voor verharding, ook op openbaar domein, worden steeds strenger. Dit heeft als gevolg dat er steeds meer onderhoud nodig is. Intussen moet de gemeente meer dan 80 hectare (!) groen onderhouden. Groenonderhoud is eveneens een piekfenomeen dat zich manifesteert vanaf maart tot eind september. Om die reden worden onze diensten ondersteund door externe firma’s om de pieken te kunnen opvangen.

Groenonderhoud gaat van het maaien van hectaren grasstroken -en pleinen tot het scheren van 10-tallen kilometers hagen en perkjes, het maaien van bermen, het wieden van onkruid, het snoeien van bomen, onderhoud van grachten en beken, borstelen van straten, fietspaden, voetpaden enz.

Het recyclagepark is sinds een aantal jaren langer open en men kan er terecht op afspraak. Lange wachtrijen behoren tot de verleden tijd. Een verhuis dringt zich echter op. De locatie onder het viaduct is niet meer veilig en wordt niet meer toegelaten. Ook de loodsen voor de werklieden, verspreid over 3 locaties in de gemeente, zijn aan vernieuwing toe. Centralisatie zorgt voor meer e!ciëntie.

Visie

De N-VA pleit voor een doorgedreven inzet om onze gemeente proper te houden. Een propere gemeente vergt veel inspanningen. Samengevat willen we inzetten op een veel grotere pakkans, meer middelen voor controle, handhaving en onderhoud, het inschakelen van de burgers en een focus op hotspots door gerichte acties.

In eerste instantie moet de gemeenschapswachtdienst verder versterkt worden. Zij bestaat nu uit 4 personen. Zij worden actief ingezet om sluikstorters aan te pakken én te beboeten (GAS-boetes). Sinds 2022 worden sluikstorters niet enkel beboet, zij moeten ook de kosten betalen voor het opkuisen van het stort. Van groot tot klein. Dat kost al snel enkele 100den tot 1000den euro’s meer.

Deze dienst moet ook meer middelen krijgen om daders te kunnen vatten. Extra mobiele camera’s bijvoorbeeld, al dan niet verborgen. Ook dummy camera’s zouden een afschrikeffect kunnen hebben.

Voor bepaalde hotspots moet een gerichte aanpak opgezet worden. Plaatsen die veel bezoekers trekken, zoals het kasteelpark rond het gemeentehuis, moeten onderwerp zijn van regelmatige gecoördineerde acties, ook buiten de kantooruren. Ook de gekende plekken moeten intensief gemonitord worden.

We plaatsen geen vuilbakjes meer bij. Integendeel, we bekijken waar ze kunnen verwijderd worden. Meer en meer zijn dat broeihaarden van sluikstort. Ze worden zeer regelmatig geledigd. Andere broeihaarden zijn plaatsen waar vaak vrachtwagens geparkeerd staan (bvb N8). Hier gaan we over naar verbod op vrachtwagenparkeren.

Ook burgers worden verder gestimuleerd om onze gemeente proper te houden. Buurten en wijken zouden zo kunnen strijden voor de ‘meest propere buurt’. Zij worden dan beloond met middelen om hun wijk verder te verfraaien. We schakelen eveneens de BIN’s (Buurtinformatienetwerken) in om in samenwerking met de gemeente sluikstorten en sluikstorters te melden.

We pakken ook communicatief uit met onze acties. Dit werkt sensibiliserend en schrikt af.

Met betrekking tot het groenonderhoud is er vooral een nog meer gestructureerde aanpak nodig. Verschillende plannen moeten opgesteld of vernieuwd worden. Een maaiplan moet er voor zorgen dat we meer gericht gaan maaien. Grote graspleinen kunnen meer extensief gemaaid worden zodat er meer ruimte ontstaat om te focussen op grasstroken langs bvb. voetpaden. Ook het bermbeheerplan moet geactualiseerd worden.

Groenperken moeten beplant worden met planten die snel dicht groeien en makkelijk in onderhoud zijn.

Indien nodig, worden meer middelen voorzien voor onderhoud. Een betere coördinatie is vooral van belang: de verschillende ploegen (zowel intern als extern) moeten goed aangestuurd en gecontroleerd worden. Deze coördinator zorgt er ook voor dat de werklieden over goed en degelijk onderhouden materiaal beschikken. Onlogische taakverdelingen tussen diensten onderling moeten weggewerkt worden.

Het vernieuwen van wegen en voetpaden zorgt voor makkelijker onderhoud. Bij het aanleggen van nieuw groen moet speciaal aandacht gaan naar onderhoudsvriendelijkheid.

Concreet: Maatregelen voor openbare ruimte

1. Extra middelen voor het onderhoud én de vernieuwing van het openbaar domein.
2. Een betere centrale aansturing en coördinatie van alle onderhoudstaken.
3. Opdrijven van controles en sanctionering van sluikstorten, overlast van hondenpoep,… via het systeem van gemeenschapswachten. De pakkans moet hoger!
4. Verdere inzet van (verborgen mobiele) camera’s.
5. Verhuis van het recyclagepark en de werkliedenloods naar een centraal gelegen plek in de gemeente. Behoud van het reservatiesysteem.
6. Nieuwe straten worden onkruidvrij aangelegd zodat onkruid geen kans meer krijgt.
7. Onze invalswegen en op- en afritten moeten er netjes bijliggen. Het moet duidelijk zijn dat Dilbeek een nette gemeente is. We besteden extra aandacht aan deze locaties alsook aan de gekende hotspots door gerichte acties.
8. Inschakelen van BIN’s als extra ogen op het terrein om overtreders te kunnen vatten.

Analyse

Patrimonium

Dilbeek beschikt over een patrimonium met 80 adressen in eigendom waarop we.ca. 120 bouwdelen definiëren.

Dilbeek heeft enkele gebouwen in huur. Voornamelijk lokale opvanginitiatieven en een loods.

Bijna alle bouwdelen worden gebruikt voor het vervullen van maatschappelijke beleidsdoelen.

De huidige kosten in exploitatie en vervanginvesteringen bedragen ca. 4 miljoen per jaar. Daarbovenop bedraagt het energiebudget voor het patrimonium 3,25 miljoen per jaar.

Onroerend erfgoed

Alle steden en gemeenten zijn sinds 2017 bevoegd voor het inventariseren van bouwkundig en landschappelijk erfgoed op hun grondgebied. Voor Dilbeek bevat de inventaris vandaag niet minder dan 60 beschermde bouwkundige of landschappelijke onroerende erfgoedobjecten. Dorpszichten, kastelen, pastorijen, kerken, brouwerijen, landhuizen, tramsites en stationsgebouwen,…. Hierbij is niet alle onroerend erfgoed eigendom van de gemeente.

Via de Intergemeentelijke Onroerend Erfgoeddienst (vandaag onder de naam ‘Zender’) zorgen we voor een beter behoud en waardering van het onroerend erfgoed in de regio. Zender begeleidt de gemeente rond het geheel van bouwkundig, archeologisch en landschappelijk erfgoed.

Onroerend erfgoed in beheer van de gemeente is vandaag ook in gebruik in verschillende functies, gaande van kantoorruimte voor gemeentelijke diensten, ruimte voor vrije tijd en verenigingen, tentoonstellingsruimte, erediensten…

Afgelopen jaren werd voor onroerend erfgoed grotendeels maatregelen genomen die schade moeten beperken. Een aantal sites, zoals Sint-Alenatoren en Kasteelhoeve, werden deels met Vlaamse subsidies structureel aangepakt. Daarnaast renoveerden ook private eigenaars, (zoals bijvoorbeeld brouwerij Timmermans) hun onroerend erfgoed met subsidies.

Ook onze kerken behoren tot ons onroerend erfgoed..Het kerkbeleidsplan van 2018 werd verder uitgevoerd. Slechts 1 kerk kon binnen dit plan herbestemd worden en dat gebeurde dan ook.. Slechts 3 kerkgebouwen komen in aanmerking voor gedeeld gebruik.. Hierdoor is het plan te beperkt in mogelijkheden om echt tot e!ciënt gebruik te komen. Samen met kerkgemeenschappen en het bisdom moeten stappen gezet worden om verder te gaan dan enkel valorisatie van de kerkgebouwen. Het zijn tenslotte de wereldlijke overheden die moeten instaan voor onderhoud en restauratie.

Heel wat van het onroerend erfgoed beantwoord niet aan energienormen voor publieke gebouwen van vandaag. Het is dan ook de uitdaging voor komende jaren om planmatig onroerend erfgoed aan te pakken binnen de ruimere vastgoedstrategie van de gemeente Dilbeek.

Visie

Het energiezuinig maken van onze gebouwen op basis van een planmatige aanpak voor de komende 25 jaar zien we als één van onze prioriteiten.

We hanteren.’Stay – Stretch – Leave’ principes voor het bepalen van de vastgoedstatus op basis van duidelijke criteria. We bepalen welke gebouwen we behouden, voorlopig behouden en welke we afstoten.

Gebouwen die om strategische redenen op lange termijn behouden blijven, renoveren we grondig met oog op verbetering van de energieprestaties en dus de energiekosten. Dit houdt in dat er in dit vastgoed sterk geïnvesteerd zal worden de komende jaren.

Daarnaast is er ook vastgoed dat verlaten wordt op korte of een gekende middellange termijn. Door het verlaten van dit vastgoed, en het verplaatsen van de gehuisveste diensten of functies in andere en betere gebouwen, ontstaat een positieve impact op de CO2-prestatiecurve van het patrimonium en op onze energie- en onderhoudskosten. Die andere en betere gebouwen kunnen zowel nieuwe gebouwen zijn als bestaande te renoveren gebouwen.

Het is van belang ons erfgoed duurzaam in stand te houden, te beheren en te restaureren. Het bepaalt namelijk ons verleden en onze identiteit..Als lokaal bestuur eigenaar zijn van het erfgoed is geen doel op zich, op voorwaarde dat het ontsloten is voor het grote publiek. Het erfgoed moet toegankelijk zijn voor iedereen en moet ook gekoppeld worden aan andere aspecten van onze huidige samenleving zoals toerisme, onderwijs en welzijn. Functionaliteit moet maximaal benut worden. Daarbij moet maximaal gebruik gemaakt worden van middelen en subsidies aangereikt door de Vlaamse gemeenschap in cofinanciering met de gemeente.

De grote uitdaging voor het onroerend erfgoed in eigendom van de gemeente, maar ook van private eigenaars, ligt in het energiezuinig maken van dergelijke gebouwen..Als de huidige regelgeving inzake erfgoedbescherming in stand blijft dan is energieneutraliteit van onroerend erfgoed onmogelijk..We streven dan naar energiebesparingen, maar zullen finaal met die gebouwen niet de ons opgelegde klimaatdoelstellingen halen..Hierin willen we duidelijke keuzes maken op basis van onze vastgoedstrategie en de noden voor onze verschillende taken naar de bevolking.

Concreet: Maatregelen voor patrimonium en erfgoed

1. Het energiezuinig maken van gebouwen en de resultaten van de energieaudit verder uitvoeren.
2. Opzetten van een vastgoedstrategie vanuit de behoeften van de gemeente. We bouwen en renoveren wat nodig is, en verlaten wat overbodig is.
3. We maken duidelijke keuzes inzake bestemming van onze erfgoedsites op basis van de ruimere gemeentelijke vastgoedstrategie. Louter het hebben van gebouwen en erfgoed in eigendom is geen doel op zich.
4. We herbekijken mogelijke herbestemming van kerken. We streven naar een financieel haalbare balans tussen herbestemming, nevenbestemming en valorisatie van kerken en pastorijen. Investeren doen we in wat we (multi)functioneel kunnen gebruiken.

Analyse

Dilbeek telt meer dan 4.700 bedrijven, variërend van ondernemingen gevestigd op de diverse bedrijventerreinen tot KMO's, lokale handelaars en vrije beroepen.

In 2023 werd de behoefteanalyse voor ondernemingen afgerond. Het rapport benadrukt dat de beschikbare ruimte voor handel en industrie beperkt is en dat er extra ruimte gecreëerd moet worden om aan de vraag te voldoen.

De voorbije legislatuur werd ook gewerkt aan de versterking van de bestaande dorpskernen, die de basis vormen voor een bloeiende lokale economie, toerisme en horeca. Handelskernafbakening werd opgenomen binnen het Woonomgevingsplan. In Dilbeek centrum werd de handelskern reeds afgebakend, dit biedt de lokale handelaars meer bescherming.

De vzw Parkmanagement Dilbeek heeft de samenwerking tussen ondernemers en het gemeentebestuur verbeterd, waardoor bekommernissen en vragen nu sneller worden overgebracht naar de betreffende diensten en oplossingen vlotter bij de ondernemers terechtkomen.

Detailhandel en HoReCa zijn de motor van bedrijvigheid en beleving in onze kernen en zorgen er mee voor dat Dilbeek een bruisende gemeente is. Dilbeek telt momenteel 119 horecazaken. Hoewel de horecasector in Vlaanderen een neerwaartse trend kent, stijgt het aantal horecazaken in Dilbeek.

Deze sector blijft van vitaal belang om andere sectoren zoals toerisme, sport, recreatie en evenementen te bevorderen en elkaar te versterken. De beleving die de handelszaken, horecazaken en toerisme bieden is hét uithangbord voor Dilbeek.

In 2020 werd “Dilbeek voor durvers” opgestart. Een project ter ondersteuning van startende ondernemers. Reeds 16 starters kregen de kans hun ideeën vorm te geven binnen dit uniek project. Een aantal onder hen hebben zich intussen permanent gevestigd in een handelspand en zijn een vaste waarde geworden in Dilbeek.

E-commerce kent nog steeds een gestage groei. De opkomst van e-commerce heeft een aanzienlijke invloed gehad op de lokale handel in Dilbeek, waarbij traditionele winkels worden geconfronteerd met uitdagingen zoals veranderende consumentengedrag en concurrentie van online retailers. Ook de omliggende shoppingcentra worden steeds groter. Via de DilbeekApp en de digitale Dilbeekse waardebon kregen de lokale handelaars een platform om hun activiteiten kenbaar te maken aan de inwoners en aan bezoekers.

In het kader van de beleidsdoelstelling handelskernontwikkeling werd in 2021 Centrummanagement opgestart te Dilbeek centrum met als doel de lokale handelaars te verenigen en waarbij gestreefd wordt naar een continue kwaliteitsverbetering en vernieuwde dynamiek in de handelskern.

Het is van belang dat bedrijven en handelszaken voldoende ruimte hebben om zich t ontwikkelen en dat deze ondernemingen op de juiste locatie gevestigd zijn. De studie “Ruimte voor ondernemen in Dilbeek” toont aan dat Dilbeek vandaag geconfronteerd wordt met een toenemende vraag naar ruimte voor bedrijvigheid.

Vlaanderen telt steeds minder landbouwbedrijven. Ook in Dilbeek zet deze dalende trend zich verder. Daar waar er in Dilbeek in 2001 nog 88 bedrijven waren evolueerde dit in 2022 naar 33. Ongeacht het aantal boeren aanzienlijk afgenomen is, wordt dit gecompenseerd door schaalvergroting, waarbij de totale oppervlakte aan landbouwgrond gelijk is gebleven.

Visie

Dilbeek is een ondernemingsvriendelijke gemeente, we blijven investeren in een goede samenwerking met de lokale handelsvereniging en de ondernemers. We zetten verder in op het vereenvoudigen van de vergunningenprocedures en het digitaliseren van alle aanvragen.

Binnen de afgebakende handelskernen worden handel en andere ondersteunende functies maximaal gestimuleerd, waardoor de centra uitzonderingen op ruimtelijke ingrepen kunnen verkrijgen om de ontwikkeling van handelspanden te verbeteren. Door te investeren in handelskernafbakening willen we het ondernemingsniveau verhogen en extra banen creëren.

Het is cruciaal om economische groei, ontwikkeling en welvaart binnen de gemeente te blijven stimuleren. Dit vereist niet alleen het ondersteunen van succesvolle initiatieven, maar ook het creëren van nieuwe instrumenten om de economische ruimte te maximaliseren. Dit omvat het opstellen van diverse doelstellingen, strategieën en actieplannen gericht op het stimuleren en ondersteunen van zowel nieuwe als bestaande economische activiteiten.

Het is daarom ook van groot belang dat de vzw Parkmanagement Dilbeek verder blijft groeien, om zo meer doelstellingen, zoals gezamenlijke afvalophaling, groepsaankopen en andere initiatieven te kunnen realiseren.

De DilbeekApp dient verder te worden uitgebreid, zodat de handelaren hieruit nog meer voordeel kunnen halen. De Dilbeekse waardebon is een succes en dient behouden te blijven.

Bij het uitvoeren van overheidsopdrachten dient consequent gekozen te worden voor lokale ondernemers.

N-VA bepleit de uitbreiding van de taken van de centrummanager van Dilbeek naar alle deelgemeenten, met specifieke focus op het versterken van de handelskernen in Schepdaal, Groot-Bijgaarden en Itterbeek. De beleving gecreëerd door handelszaken, horeca en toerisme fungeert als het voornaamste visitekaartje voor Dilbeek.

Door uitvoering van het horecabeleidsplan kunnen specifieke acties tussen horeca en toerisme worden uitgewerkt en opgestart. Ook de lancering van de website Visit Dilbeek is een stap in de goede richting, maar er is verdere uitbreiding nodig om de lokale handel, horeca en toerisme met elkaar te verbinden. Samenwerking is cruciaal om zowel onze toeristische troeven als onze lokale ondernemers en horeca-uitbaters beter in de kijker te zetten.

Het project “Dilbeek voor Durvers” was een succes en dient te worden verdergezet. “Dilbeek voor Durvers 2.0” en “Dilbeek durft Verder” verlegt de focus van containers naar het invullen van leegstaande handelspanden en gemeentelijke gebouwen. Het takenpakket van de centrummanager moet verder uitgebreid worden naar Groot-Bijgaarden en Schepdaal.

Het Masterplan N8 - Winddries zet in op bijkomende ruimte voor ondernemen. In totaal wordt 20.000 m² nieuwe oppervlakte voor ondernemen voorzien. De ambitie is de ontwikkeling van een bedrijventerrein, waar duurzaam gebruik wordt gemaakt van water, groen, energie en mobiliteit en waar rekening wordt gehouden met de verhoging van het ruimtelijk rendement. Ook de bestaande KMO en industriezones worden verder verdicht en beter toegankelijk gemaakt waardoor er zich meer ondernemingen kunnen vestigen op de beperkte oppervlakte.

Onze landbouwers verdienen voldoende ondersteuning. Daarom streven we naar de organisatie en modernisering van zowel de wekelijkse woensdagmarkt als de boerenmarkt. Het behoud van deze markten is van groot belang, omdat ze onze lokale boeren de gelegenheid bieden om hun producten via korte keten rechtstreeks aan de consument te verkopen. We onderzoeken tevens de mogelijkheid om een extra boerenmarkt in Groot-Bijgaarden op te starten.

Om de verfransing van handelszaken te voorkomen, pleit N-VA ervoor een verplichting in te voeren voor startende ondernemers, inclusief diegenen die een bestaande zaak overnemen, om zich te registreren bij de gemeente. Op deze manier kunnen nieuwe ondernemers geïnformeerd worden over het Nederlandstalige karakter van onze gemeente en de specifieke voorwaarden die van toepassing zijn.

Voor N-VA is lokale handel een middel tot integratie van nieuwe inwoners. Via het contactpunt Dilbeek van het Huis van het Nederlands dienen cursisten aangemoedigd te worden om het Nederlands als hun nieuwe taal in te oefenen bij de lokale handelszaken.

Concreet: Maatregelen voor lokale economie

1. Vereenvoudigen van procedures en digitaliseren van aanvragen via een e-loket voor ondernemers.
2. Extra ruimte creëren voor ondernemen (onder andere de ontwikkeling van de site N8 - Winddries).
3. Opstellen van diverse doelstellingen, strategieën en actieplannen gericht op het stimuleren en ondersteunen van zowel nieuwe als bestaande economische activiteiten.
4. De vzw Parkmanagement Dilbeek verder laten groeien, met focus op het oplossen van bekommernissen en het realiseren van gemeenschappelijke doelen.
5. Het afbakenen van de handelskernen uitbreiden naar Schepdaal, Groot-Bijgaarden en Itterbeek.
6. Gerichte acties organiseren om de horecasector te versterken.
7. De samenwerking met lokale ondernemers verder uitbreiden (aanschrijven voor overheidsopdrachten).
8. Startende ondernemers kansen geven via “Dilbeek voor Durvers 2.0”.
9. Via het Huis van het Nederlands anderstaligen aanmoedigen Nederlands als nieuwe taal in te oefenen bij lokale handelszaken.
10. Boerenmarkten verder faciliteren en een extra boerenmarkt opstarten in Groot-Bijgaarden.

Analyse

Cijfers Ontnederlandsing

Alle parameters leren dat de ontnederlandsing toeneemt. Hoewel het criterium ‘Thuistaal Niet-Nederlands’ zowel voor de onderwijs- als gezinssituatie niet automatisch betekent dat men het Nederlands helemaal niet beheerst of gebruikt, zijn dit wel significante tendenzen. Ook de stijgende instroom van inwoners van vreemde herkomst heeft zijn invloed op dit taalaspect.

Echter: noch de Taalwetgeving noch het Inburgeringsdecreet bieden een afdoend antwoord op deze ontnederlandsing. Zie daarom ook onze voorstellen van aanpak onder het luik Visie.

Dat betekent dat de lokale besturen op dit ogenblik deze problematiek zelf moeten aanpakken met acties of projecten rond taalsensibilisering om het Vlaamse karakter van de gemeente te ondersteunen en bestendigen, vaak in samenwerking met externe organisaties.

Dilbeekse initiatieven rond Taalstimulering en Oefenkansen Nederlands:

• Aanscherpen leesvaardigheid van Nederlandstalige lectuur: Boekenstoet aan huis (i.s.m. bibliotheek en vrijwilligers), Leeshelden (i.s.m. Westrand en vrijwilligers), Taalpunt voor anderstaligen die Nederlands willen leren (i.s.m. bibliotheek en Welzijnscampus Bijgaarden)
• Aanpak van thuistaal niet-Nederlands in het onderwijs: Project “Dilbeek + taal = een sterk verhaal” voor anderstalige kinderen tijdens schoolvakanties (i.s.m. de Onderwijsdienst en team Jongeren)
• Oefenkansen Nederlands en toeleiding tot vrije tijd: Taaltafels met Café Combinne (i.s.m. Avansa), ‘Bijt in je vrije tijd’ – begeleiding anderstaligen naar culturele en sportieve activiteiten (i.s.m. Westrand), ‘Boest je sportclub’ (i.s.m. VC Groot-Dilbeek en vzw De Rand)
• Taalsensibilisering handelszaken en immokantoren: Deelname aan ‘Week van de anderstalige klant’ ‘i.s.m. vzw De Rand), Welkombrochure voor nieuwe kopers of huurders met informatie over Nederlands leren en oefenen (i.s.m. provincie Vlaams Brabant

Vlaams karakter in het dagelijkse Dilbeeks beleid

Daarnaast hanteren we een consequente bestuursaanpak: alle contacten met loketfuncties van Groep Dilbeek of onderhoud met burgemeester of schepenen verlopen in het Nederlands. Wie het Nederlands niet machtig is, dient vergezeld te zijn van een tolk.

In alle gemeentelijke reglementen, concessies, gebruik van gemeentelijke infrastructuur of voorwaarden tot erkenning en subsidiëring is respect voor het Nederlandstalig karakter van Dilbeek een essentieel criterium. Ook het Algemeen Politiereglement wijdt een artikel aan het verbod voor anderstalige signalisatie op het openbaar domein.

Verzenders van ongeadresseerde meertalige publiciteit ontvangen een sensibiliserende taalbrief vanwege het gemeentebestuur.

Vlaams karakter in het Dilbeekse straatbeeld

En uiteraard besteedt het gemeentebestuur veel aandacht voor het visueel Nederlandstalige karakter van het Dilbeekse straatbeeld.

Inburgering en Integratie op Dilbeekse maat

Sinds 2018 hanteren we een aangepast beleid voor nieuwkomers d.m.v. de Instroommonitoring. In tegenstelling tot de reguliere inburgeringsprogramma’s, die zich enkel richten tot inwoners van niet-EU-afkomst, maken we via de Instroommonitoring een ‘startplaatje’ van élke nieuwe inwoner met buitenlandse herkomst. Dit is gebaseerd op enkele criteria zoals zelfredzaam of niet-zelfredzaam inzake NL-taalkennis of andere behoeften, het hebben van een/geen netwerk in Dilbeek, enz.

Vanuit de gemeentelijke diensten van Welzijn, Onderwijs, Politie en Vrije Tijd worden die nieuwe inwoners – ook nà hun aankomstformaliteiten in de gemeente! – verder benaderd en begeleid. Zo bereikten we in 2022 met deze Instroommonitoring aanklampend 1.373 nieuwe inwoners van buitenlandse herkomst. Wat in schril contrast staat met het 100-tal personen die via de reguliere inburgeringsplicht gevat worden…

Van de totale groep inwoners van buitenlandse herkomst (100%) in Dilbeek waren dit in 2023 de nationaliteiten die NIET gevat worden door de inburgeringspicht wegens EU-afkomst:

• 21,1% Roemenen
• 12,5% Italianen
• 8,4% Polen
• 6,6% Spanjaarden
• 6,4% Fransen
• 5,7% Portugezen
• 5,3% Nederlanders
• 3,8% Oekraïners

Door onze Instroommonitoring werden dezen al deels bereikt. Vanuit deze positieve resultaten maken we er in de toekomst werk van om deze monitoring ook versterkt toe te passen op nieuwe inwoners mét Belgische nationaliteit: ook hier ligt immers nog wel wat werk op de plank inzake afspraken rond publieke attitudes, taalgebruik, omgaan met dienstverlening (zoals afvalophaling enz)…

Visie

Het is geen evidente opdracht om de geschetste problematiek van de ontnederlandsing beleidsmatig en wettelijk aan te pakken. Deze ontnederlandsing wordt immers helemaal niet gevat door de Taalwetgeving (die enkel geldt voor bestuurszaken, gerecht en onderwijs). Dilbeek behoort tot het Nederlandstalige taalgebied en dus is het Nederlands er de enige en verplichte voertaal voor bestuurszaken, gerecht en onderwijs. Maar de Taalwetgeving rept met geen letter over taalgebruik in de publieke ruimte, in de winkel, aan de schoolpoort, langs het sportterrein, … Exact die plekken waar richtlijnen rond een gemeenschappelijk taalgebruik de integratie zou bevorderen.

Ook het Inburgeringsdecreet, dat nochtans verplichte lessen Nederlands oplegt, is een onvoldoende dam tegen deze ontnederlandsing. Omdat een grote groep inwoners met buitenlandse herkomst,maar met EU-nationaliteit, niet worden gevat door de inburgeringsplichten

Zolang deze lacunes niet worden opgelost door hogere wetgeving, pleit N-VA Dilbeek alvast voor een algehele aanpak die zich zowel richt tot de eigen gemeentelijke organisatie, maar ook tot de bevolking, de verengingen, het gemeenschapsleven, de externe organisaties. Want enkel een eenduidige, gezamenlijke aanpak kan hier het antwoord op zijn.

Voor N-VA Dilbeek dringen zich dan ook vier noodzakelijke beleidsmaatregelen op:

1. De Groep Dilbeek (het gemeentebestuur en het voltallig gemeentelijk personeel) spelen een prioritaire regie- en voorbeeldrol om Dilbeek als een zelfbewuste Vlaamse gemeente te bestendigen.
   Een consequente en zelfbewuste houding vanuit de hele gemeentelijke organisatie is primordiaal om de ontnederlandsing tegen te gaan. De strikte toepassing van de taalwetgeving blijft daarbij een vaste richtlijn voor gemeentebestuur en -personeel. Die voorbeeldrol is cruciaal naar bevolking, organisaties, verenigingen, … Hiertoe wordt het bestaande Taalbeleidsplan voor medewerkers verder op punt gesteld en stelselmatig geactualiseerd. Nieuwe medewerkers worden hierover systematisch geïnformeerd bij hun introductie. N-VA pleit eveneens voor een frisse, wervende en sensibiliserende taalcampagne onder de kernslogan “De Nederlandse taal verbindt ons allemaal”. D.m.v. gerichte doelgroepencommunicatie wordt dezelfde hoofdboodschap in tal van situaties herkenbaar gemaakt voor.elke anderstalige. Op die wijze geven we een eigen Dilbeekse invulling aan het omgaan met taalgebruik in de publieke ruimte: op straat, langs het sportveld, aan de schoolpoort, op de wekelijkse markt, op een leuk terrasje,…
2. De gemeente Dilbeek begeleidt zelf op actieve wijze de anderstalige inwijkelingen en biedt hen kansen tot integratie en aanpassing.
   Voor elke nieuwe inwoner hebben we deze boodschap: “Welkom in Dilbeek is iedereen, van welke taal-, cultuur- of volksgemeenschap ook afkomstig, die bereid is om de eigenheid en taal van de lokale gemeenschap en streek te respecteren en zich in te schakelen in de Vlaamse Gemeenschap van Dilbeek.” We verwachten van anderstalige inwoners deze integratiebereidheid. Daarom garandeert de gemeente daartegenover alle inspanningen om deze integratiekansen te verhogen via het organiseren van taallessen, taalsensibilserende projecten en begeleiding door gemeentediensten vanuit de instroommonitoring. Onze deelname aan het Plan Samenleven van de Vlaamse Overheid – de vernieuwde vorm van inburgeringsbeleid - bevestigt die visie (zie ook ‘Inburgering & Integratie’). Enkel via dit wederzijds respect kan een gemeente aan de rand van de grootstad leefbaar en bestuurbaar blijven, in goede gemeenschappelijke communicatie met elkaar.
3. De Dilbeekse bevolking - van individueel burger tot georganiseerd verenigingsverband - wordt opgeroepen tot deelname aan deze gemeenschappelijke taalstimulering Nederlands.
   Het hoofddoel is dat het Nederlands de omgangstaal is in de publieke ruimte voor iedere Dilbekenaar, oude en nieuwe. In 2022 waren er 109 verschillende landstalen aanwezig op Dilbeeks grondgebied. Die kunnen onmogelijk met elkaar communiceren indien er niet één gemeenschappelijke taal wordt gebruikt voor het openbaar leven. En dat is – zelfs grondwettelijk vastgelegd – het Nederlands! Ook Nederlandstalige Dilbekenaren spelen hierin een cruciale rol: wij moedigen hen aan om bij elke communicatie in de publieke ruimte niet te snel over te schakelen naar een vreemde taal. Zo worden zij de drijvende kracht om anderstaligen precies die belangrijke oefenkansen Nederlands te bieden die hen vaak door het overschakelen naar een vreemde taal niet gegund worden.
4. Het voeren van een beleid rond Vlaams karakter is een horizontale bevoegdheid die best vanuit meerdere beleidsdomeinen geïntegreerd wordt versterkt.
   Het aanpakken van de toenemende ontnederlandsing gaat echter verder dan louter afspraken over taalgebruik. We denken dan aan maatregelen binnen het beleid van Ruimtelijke Ordening en Wonen, het recht op Wonen In Eigen Streek (WIES) en Betaalbaar Wonen voor jonge Dilbekenaren. Maar ook de beleidsdomeinen Vrije Tijd (sport, toerisme, cultuur, toerisme, …), Onderwijs en Lokale Economie (middenstand en handel) bezitten voldoende hefbomen om het bestendigen en versterken van het Vlaamse karakter van onze gemeente mogelijk te maken en een versnelde integratie van nieuwkomers te bevorderen. Vanuit een horizontale beleidsaanpak die geregisseerd wordt door de Integratieconsulent spelen al deze thema’s een versterkende rol.

Concreet: Maatregelen voor Vlaams karakter en integratie

1. In regioverband vervult de gemeente Dilbeek binnen het Toekomstforum Halle-Vilvoorde haar voortrekkersrol inzake Vlaamse verwachtingen en eisen: de noodzaak aan een eigen Nederlandstalige rechtbank in Halle-Vilvoorde, het definitief oplossen van Nederlandsonkundige hulpdiensten op Dilbeekse grondgebied, …
2. De Bestuurstaalwetgeving wordt naar de letter uitgevoerd. Het Taalbeleidsplan Personeel geldt ook voor alle gemeentelijk personeel (van loketdiensten tot onderwijs-, welzijns-en. politiepersoneel).
3. Op de gemeentelijke webstek wordt het meldpunt uitgebreid met een luik voor vragen rond taalgebruik, het melden van taalklachten of -overtredingen.
4. Als concessie verlenende overheid en uitgaande van het eigendomsrecht legt de gemeente strikte voorwaarden op met betrekking tot het taalgebruik door de concessiehouder (zoals bvb cafétaria’s in gemeentelijke infrastructuur of reclameboodschappen op publieke informatiezuilen of wachthokjes).
5. De bestaande Taalbrief blijft behouden om bedrijven, organisaties of particulieren aan te schrijven die via ongeadresseerd anderstalig drukwerk het Vlaamse karakter van de gemeente schenden.
6. Naar analogie met de nieuwe brochure voor immobiliënkantoren en notarissen wordt een nieuwe onthaalbrochure opgesteld voor alle nieuwe inwoners. Deze heeft o.m. als doel te verduidelijken waarom het in Dilbeek belangrijk is om het Nederlands te beheersen in alle publieke contacten alsook de mogelijkheden aan te bieden om dit aan te leren.
7. Er wordt een actieplan opgesteld waarbij alle nieuwe handelszaken proactief kunnen benaderd worden omtrent het Nederlandstalig karakter van de gemeente inzake opschriften, aankondigingen, publiciteit, ...
8. Vanuit de Instroommonitoring rond inburgering en integratie, worden ook de anderstalige nieuwkomers die niet-inburgeringsplichtig zijn toegeleid naar Nederlandse taallessen of mogelijkheden tot Oefenkansen Nederlands. Hiertoe wordt het onthaalbeleid herwerkt met een regelmatig georganiseerde ontvangst van nieuwe inwoners. De inburgeringsplichtige nieuwkomers volgen de versterkte trajecten van het nieuwe Plan Samenleven van de Vlaamse Overheid.
9. De gemeente blijft inzetten op samenwerking rond taalsensibiliserende projecten met het Huis van het Nederlands, vzw De Rand, Avansa, de Centra voor Basiseducatie en Volwassenonderwijs,... 
10. Vanuit de gemeentelijke regierol binnen Onderwijs wordt het Taalbeleidsplan Onderwijs uitgerold, in eerste instantie voor alle gemeentelijke scholen en waar mogelijk met scholen van andere netten op Dilbeeks grondgebied. Ook de ouders van anderstalige kinderen worden hierin betrokken: de engagementsverklaring waarbij zij het Nederlands als omgevingstaal erkennen en zicht ertoe verbinden dit te respecteren, wordt versterkt.
11. Betreffende Ruimtelijke Ordening wordt alles in het werk gesteld opdat de gemeente de strategie hanteert om de open ruimte maximaal te behouden, Brussel fysiek te begrenzen en de verstedelijking tegen te gaan.
12. Strikte toepassing van de nieuwe Vlaamse Wooncode: de clausule voor huurders- en kandidaat-huurders om Nederlands te leren, wordt daadwerkelijk toegepast. De gemeentelijke.vertegenwoordigers in de sociale huisvestingsmaatschappij volgen de toepassing nauwgezet op.
13. Bij eventuele doorverkoop van gemeentelijke gronden wordt rekening gehouden met bepaalde criteria die in een toewijzingsreglement worden voorzien. Zo geven we de voorkeur aan inwoners van de gemeente of personen die nauw betrokken zijn bij de lokale leefgemeenschap. Ook een eerste eigendom, inkomensgrenzen of andere sociale randvoorwaarden kunnen een rol spelen. We kijken hierbij ook naar de doelgroep die net te veel verdient voor een sociale woning maar onvoldoende om een eigen woning te verwerven.
14. De gemeentelijke subsidieregelingen voor verenigingen (sport, jeugd, cultuur, welzijn, …) dienen eveneens als hefboom om zoveel mogelijk nieuwkomers snel te laten integreren in hun nieuwe leefgemeenschap. Daardoor kunnen deze subsidies ook worden ingetrokken voor verenigingen en organisaties die de taalafspraken negeren.

Analyse

Basisonderwijs

In 2022 - 2023 telt Dilbeek 22 verschillende onderwijsinstellingen voor basisonderwijs (zowel van het gemeentelijke, vrije als gemeenschapsnet), samen goed voor 4.224 leerlingen. De capaciteit bedraagt 4.492 plaatsen.

Secundair onderwijs

In 2022 - 2023 zijn er in Dilbeek 2 scholen voor secundair onderwijs (van het vrije net) met 2.395 leerlingen. Vanaf 2023 zijn er wel 3 scholen (nu zowel vrij net als gemeenschapsnet). De middenschool “Impuls” opende haar deuren in de d’Arconatistraat.

Inrichtende macht

De gemeente Dilbeek is zelf inrichtende macht in 4 gemeentelijke basisscholen: Jongslag (Dilbeek), ’t Keperke (Itterbeek), De Klimop (Schepdaal) en De Kriebel (Sint-Ulriks-Kapelle) alsook in de Academie voor muziek, woord en dans. Voor de andere lagere scholen is de inrichtende macht het "vrije net" (katholiek onderwijs) en het "gemeenschapsonderwijs" (Vlaamse Gemeenschap). In Kapelle en Schepdaal behoren de kleuterscholen tot het vrije net en de lagere scholen tot het gemeentelijk net. Dit bevordert niet altijd de doorstroming. De indeling in verschillende netten is eigenlijk een reliek uit het verleden waarvan men zich de vraag kan stellen of het nog past bij de huidige tijdsgeest én de uitdagingen die er zijn.

Uitdagingen

De uitdagingen voor het Dilbeekse gemeentelijke onderwijs zijn enorm.

• Enerzijds is er de stijgende toename van het aantal kinderen, waardoor de capaciteit zeer goed geanalyseerd en gemonitord moet worden.
• Anderzijds is er een steeds harder groeiende groep anderstalige leerlingen voor wie het Nederlands niet de thuistaal is, wat problematisch is voor de kwaliteit van het onderwijs.
• Thuistaal niet-Nederlands: voor alle scholen basisonderwijs op Dilbeeks grondgebied bedroeg dat aantal in 2022 41,25% en in 2023 zelfs 45%. Dit is een toename van 40% op slechts 5 jaar tijd (t.o.v. 2018).

Er is wel een grote toename van het aantal leerlingen van binnen de gemeente die er ook naar school gaan t.o.v. 2018 (dit komt oa. ook door de voorrangsregels van het aanmeldsysteem)

Op een totaal van 4.224 leerlingen uit het Dilbeeks basisonderwijs (kleuter- & lagere school – leerlingenaantal alle netten) zijn er 1.056 leerlingen woonachtig in een andere gemeente (=25,00%),.waarvan 526 (12,45%) woonachtig in het Brussels Hoofdstedelijk gewest.

De Dilbeekse (school)bevolking wordt in ijltempo anderstalig; dit heeft uiteraard een grote impact op de kwaliteit van het onderwijs. Een ander gevolg maar veel breder dan onderwijs alleen (minder tastbaar, want verder in de toekomst ): de anderstalige Dilbeekse jongeren die nu op de scholen zitten, zijn de Nederlandstalige Dilbekenaren van morgen.

Aanmeldingen & capaciteit

Volgens https://dilbeek.aanmelden.in/aanmelden bedraagt de capaciteit in het Dilbeekse basisonderwijs 4.492 plaatsen. Niet alle plaatsen zijn dus bezet (er zijn 4.224 leerlingen), en toch zijn er scholen die in overbezetting zitten en staan er 367 kinderen op wachtlijsten.

In 2023 waren er 927 aanvragen voor inschrijvingen in Dilbeekse basisscholen. Hiervan werden er 560 toegewezen en 87,5% hiervan werd toegewezen aan Dilbeekse kinderen. 367 kinderen vonden hun weg echter niet naar het Dilbeekse onderwijs en zij werden ingeschreven op wachtlijsten. Van die 367 kinderen op wachtlijsten, zijn er 173 Dilbeekse kinderen (47,14%).

Dilbeeks scholenplan

Nieuwe scholen en een betere afstemming van de bestaande plaatsen moeten ervoor zorgen dat Dilbeekse kinderen in de eigen gemeente naar een school van eigen keuze kunnen (blijven) gaan.

Het Dilbeeks basisonderwijs kampt met een groeiende capaciteitsdruk, onder meer door een sterke instroom van jonge inwoners. Het aantal Dilbeekse kinderen tussen 2,5 en 12 jaar groeide sinds 2018 met meer dan 400 (er zijn er 4.920 in 2023), terwijl het geboortecijfer zo goed als stabiel bleef. Die druk zal in de toekomst blijven toenemen door woningrotatie. Gezien de capaciteit groter is dan de bezetting en er toch overbezetting is in sommige scholen, dringt een betere spreiding zich op. Bovendien zal de woningrotatie en het oprichten van nieuwe woongelegenheden deze druk nog verder vergroten. Ook vanuit de buurgemeenten is er veel interesse om in Dilbeek school te lopen.

De totale capaciteit van het basisonderwijs werd daarom tussen 2018 en 2023 reeds uitgebreid met 8%, er kwamen nominatief 326 extra plaatsen bij door de bouw en uitbreiding van enkele scholen, wat de totale capaciteit voor het basisonderwijs op 4.492 plaatsen bracht.

In het secundair onderwijs kwam er in 2023 met de opening van Impuls een 3e secundaire school bij die normaliter zal uitgroeien (2029 – 2030) tot een volwaardige school met 6 jaren.

Groot-Bijgaarden en Sint-Ulriks-Kapelle

In de regio Groot-Bijgaarden plant Don Bosco (vrije net) het samenvoegen van de Savio Kleuterschool en de Broederschool op een nieuwe locatie. Dit project biedt ook een oplossing voor de doorstroming kleuter-lager tussen de huidige scholen. In Sint-Ulriks-Kapelle wordt de kleuterschool Klein Klein Kleuterke gerenoveerd om meer kwaliteit te kunnen bieden. Echter is de doorstroming niet 1 op 1 met de lagere school.

Schepdaal en Itterbeek

In de regio Schepdaal-Itterbeek hebben de bestaande scholen hun limiet bereikt en moet onderzocht worden of er extra capaciteit kan voorzien worden. De kleuters van de Bettendriesschool en van De Wip werden samengevoegd en zij verhuisden naar het nieuwe gebouw van gemeenteschool ‘t Keperke aan de Keperenbergstraat. Een nieuwe school (Sint-Alena Bettendries) opende na enige tijd opnieuw de deuren in de Sint Annastraat in Sint-Anna-Pede. Actueel zijn er 4 kleuterklasjes en 4 leerjaren. Er werd een bouwvergunning verleend voor een nieuwe school op de Herdebeekstraat. Deze wordt echter gecontesteerd door enkele buurtbewoners. De gemeente heeft echter niet alle touwtjes in handen omdat de school behoort tot het vrije net. 

Dilbeek-centrum

In het centrum van onze gemeente kampt Sint-Alena vandaag met een doorstromingsprobleem. Omdat er meer kleuters worden opgevangen dan er beschikbare plaatsen zijn in het eerste leerjaar, moeten kinderen opnieuw aanmelden/inschrijven.

Visie

Kwaliteitsvol onderwijs: excelleren ipv nivelleren

Excellent onderwijs is de belangrijkste hefboom om talent te ontwikkelen en om er als samenleving collectief op vooruit te gaan en de welvaart in Vlaanderen (en Dilbeek) te garanderen. Taalkennis Nederlands is de absolute topprioriteit voor iedereen. Taal is de sleutel voor sterke onderwijsprestaties en voor een volwaardige integratie.

In Vlaanderen krijgt iedereen kansen, iedereen moet mee. In dat opzicht zijn we pro de buurtschool in het basisonderwijs (hier is reeds een enorme opwaartse beweging ingezet, die nu volgehouden moet worden) en een doordachte aanpak van het capaciteitsprobleem zowel op korte als op lange termijn.

Steden en gemeenten hebben een belangrijke regisseursrol inzake onderwijs en vorming. Daarnaast zijn ze zelf belangrijke aanbieders van onderwijs. Die rol moeten ze in de toekomst blijven opnemen. Ze zijn een belangrijke partner om het Vlaams beleid aan te vullen en uit te voeren. Zo helpen ze actief mee aan de coördinatie van inschrijvingen. Echter is N-VA voorstander om alle basisonderwijs op termijn in gemeentelijke handen te brengen. Startende met die scholen waar kleuter en lagere school in verschillende handen is (Schepdaal en Kapelle) of waar zich ontwikkelingsproblemen voordoen (Sint-Anna-Pede). Een gemeente kan veel korter op de bal spelen inzake noden en behoeften en in geval van capaciteitsproblemen.

Flankerend onderwijsbeleid

Steden en gemeenten hebben de opdracht om een flankerend onderwijsbeleid te voeren. Dilbeek heeft een directeur onderwijs aangesteld, die de overschrijdende regisseursrol kan vertolken. Op die manier proberen we ook invloed uit te oefenen op scholen uit de andere netten, ondermeer op vlak van taalbeleid.

Een multi-inzetbare school

De N-VA zet volop in op de ‘multi-inzetbare school’ en geeft dit concept een ruime(re) invulling. Het optimaal benutten van de schoolinfrastructuur is hierbij het vertrekpunt. Voor ons is dit niet alleen een kwestie van efficiëntie, maar ook van maatschappelijke verantwoordelijkheid.

Concreet: Maatregelen voor onderwijs

1. Inzetten op kwaliteitsvol en bereikbaar onderwijs
   Taalkennis Nederlands is de absolute topprioriteit voor iedereen. Taal is de sleutel voor sterke onderwijsprestaties, voor een volwaardige integratie, maar ook voor de werkbaarheid in de klas. Kennis staat centraal en er moet ingezet worden op nog meer basiskennis, zoals grammatica, zinsontleding, begrijpend lezen en wiskunde.
    
   1. De N-VA voert daarom een actief taalbeleid Nederlands voor al onze inwoners. In dat opzicht kunnen we zelf laagdrempelige initiatieven nemen of leesbevorderingsprogramma’s ondersteunen.
   2. De N-VA zet in op het wegwerken en/of voorkomen van de taalachterstand Nederlands bij kinderen door projecten te organiseren - zowel binnen (de OKAN-klas uit Jongslag kan daarbij als voorbeeld dienen) als buiten de school - zoals taalbaden Nederlands of een zomerschool tijdens de grote vakantie.
   3. De N-VA pleit ervoor dat lokale besturen hun inwoners informeren over het scholenaanbod, de start van de inschrijvingen en de wijze van inschrijven. Dit is reeds in voege in Dilbeek en te volgen via https://dilbeek.aanmelden.in/aanmelden
   4. De gemeente is de regisseur om de vraag beter te spreiden en naar een volle capaciteitsbezetting te gaan voor alle scholen, zodat onderbezetting niet meer mogelijk is. Eens er een volle capaciteitsbezetting is, kan gekeken worden naar de bouw van nieuwe scholen, niet eerder.
   5. Wat betreft de fysieke bereikbaarheid van de scholen: N-VA wil verder inzetten op veilige schoolomgevingen en goede bereikbaarheid via veilige fietspaden en voldoende brede stoepen. 
       
2. Inzetten op een lokaal flankerend onderwijsbeleid
   Vlaanderen is wereldtop in het aantal kleuters dat naar school gaat: het moet de ambitie van de gemeente zijn dat ook in Dilbeek álle kleuters ingeschreven zijn in een school en zo maximaal mogelijk naar school gaan. De N-VA wil dat steden en gemeenten hun rol als lokale onderwijsregisseur optimaal invullen door een lokaal flankerend onderwijsbeleid te voeren. Verder verwachten we als N-VA dat ook ouders hun rol spelen en verantwoordelijkheid nemen.
   
   Daarom willen we de betrokkenheid van ouders bij de opvoeding en het onderwijs van hun kinderen verhogen. Tal van initiatieven zijn mogelijk op het vlak van een flankerend onderwijsbeleid:
   1. het leren van Nederlands aan ouders op de school van hun kinderen;
   2. het inzetten op het gebruik van het Nederlands met de ouders;
   3. het wijzen op het belang van het Nederlands als unieke verbindende factor op school;
   4. het ondersteunen van ouderbijeenkomsten na school;
   5. het inzetten op kinderopvang en kleuterparticipatie;
   6. het inzetten op sport en cultuur;
   7. het voeren van een spijbelbeleid en leerplichtcontrole;
   8. het actief betrekken van de ouders bij de opleiding van hun kinderen;
       
3. Werk maken van ruime multi-inzetbare scholen
   1. We willen de beschikbare schoolinfrastructuur optimaal benutten. Daarom willen we schoolgebouwen openstellen, ook buiten de schooluren en tijdens de vakanties, bijvoorbeeld voor sporten of speelpleinwerking. Ook het verenigingsleven, hobby-, amateur- en sportclubs en andere verenigingen moeten er terecht kunnen.
   2. Dit kan enkel mits goede, praktische afspraken met de scholen en de burgers op vlak van kostprijs, toegang, verzekering, reglement, toezicht en onderhoud. De gemeente kan daarbij een coördinatierol opnemen. Door de nabijheid van de school hoeven ouders niet langer rond te rijden om hun kinderen van de ene activiteit naar de andere te brengen. Hun kinderen kunnen ook zelfstandig en veilig naar een activiteit trekken.
   3. Lokale verenigingen die zich al dan niet op schoolkinderen richten, hebben dan weer geschikte infrastructuur in de buurt. Door de combinatie van meerdere functies op één school moeten ouders na de schooluren hun kinderen bijvoorbeeld niet naar de academie brengen. De academie komt immers langs op school.
       
4. Op termijn wensen we alle basisscholen in gemeentelijke handen
   1. ​De gemeente is bij uitstek het niveau om lokaal onderwijs te organiseren
   2. De gemeente kan veel flexibeler inspelen op noden en behoeften. De opdeling in verschillende netten is achterhaald
   3. Op korte termijn kan de overdracht van kleuterscholen naar gemeentelijke scholen een eerste stap zijn (Kapelle, Schepdaal). Ouders zouden op die manier ook niet meer moeten vrezen voor doorstroom van hun kind van kleuter naar lager. Nu moeten ze opnieuw inschrijven na kleuterschool zonden garantie op een plaats.
   4. Het probleem van de school in Sint-Anna-Pede zou het snelst een oplossing kunnen krijgen indien de school in gemeentelijke handen komt.
   5. Onderwijs is dé integratiemotor. Als gemeente in de Vlaamse Rand is het belangrijk dat we hier rechtstreeks kunnen op wegen.

Analyse

Dilbeek staat als randgemeente sterk onder druk. De vraag om in onze mooie en goed bestuurde gemeente te wonen is hoog met als gevolg dat er veel vraag is om bij te bouwen. Een bouwstop of betonstop kan echter niet. Verbieden om te bouwen op bouwgrond is juridisch niet mogelijk. Tenzij de gemeente alle gronden opkoopt maar ook dat is niet haalbaar. Bovendien zou een bouwstop schaarste creëren en de reeds hoge prijzen verder opdrijven. En onze autochtone bewoners verdrukken. De externe instroom is namelijk heel groot. We stellen ook een verschillend aankoopgedrag vast. Vlamingen zijn meer geneigd nieuwbouwwoningen te kopen. En appartementen als belegging of voor de oude dag. Oudere woningen die minder gunstig gelegen zijn (bvb langs de N8) worden vaker gekocht door mensen van niet-Belgische afkomst. De vaststelling vandaag is paradoxaal genoeg dat indien er niet meer bijgebouwd zou worden, er meer mensen niet afkomstig van Dilbeek hier zouden komen wonen.

Vandaag bestaat ongeveer 70% van het woonpatrimonium uit éénsgezinswoningen. 25% van de woningen bestaat uit appartementen. Het aandeel appartementen wordt groter. Dat is ook het gevolg van een verhoogde vraag en evoluerende gezinssamenstelling. 30% van de huishoudens bestaat namelijk uit alleenstaanden. 31% uit 2 personen, 15% uit 3 personen, 15% uit 4 personen en 9% uit 5 of meer personen. Mede door deze vaststelling, en door de hoge vastgoedprijzen, worden meergezinswoningen interessanter. De Corona-episode heeft er echter ook voor gezorgd dat woningen met een tuin, of appartementen met een groot terras belangrijker worden.

Bij de start van deze bestuursperiode stelden we vast dat er weinig sturing was op vlak van ruimtelijke ordening en woonbeleid. In theorie kon elke woning in Dilbeek opgekocht worden, afgebroken en vervangen worden door appartementen. Dergelijke ongebreidelde appartementisering is niet wenselijk. Er is niets mis met meergezinswoningen, maar ze worden best niet gebouwd op slecht gelegen locaties zoals woonlinten, buiten de kern of in landelijk gebied. De juiste woning op de juiste plaats. Dat is hetgeen we met het woonomgevingsplan willen bewerkstelligen. In woongebied met landelijk karakter zijn meergezinswoningen niet (meer) mogelijk. In goed ontsloten en uitgeruste kernen wel. Maar niet in eender welke vorm of afmeting. Indien een appartement gebouwd wordt, moet het van voldoende kwaliteit zijn. Dat kunnen we nu afdwingen met de verordening woonkwaliteit.

We beloofden eveneens onze open ruimte te beschermen. Dat hebben we ook gedaan met een ruimtelijk plan “open ruimte”. Maar liefst 50 hectare woonreservegebieden werden zo herbestemd naar een groene of landbouwfunctie. Het ruimtelijk plan voor de stationsomgeving van Dilbeek geeft (beperkte) extra mogelijkheden naar woongelegenheid, in goede mix met openbare functies, kleine winkelruimtes, kantoorruimtes. Het station van Dilbeek is goed ontsloten met openbaar vervoer en fietsvoorzieningen. Mensen die er gaan wonen, zullen ook minder een wagen nodig hebben. Alles bij de hand: vervoersmogelijkheden, winkels, groen, recreatie en horeca.

Dilbeek staat bekend als een slaapgemeente/woongemeente. Er is relatief weinig ruimte om te ondernemen. Doorgaans moet een Dilbekenaar zich verplaatsen om te gaan werken. Door in te zetten op extra ruimte voor ondernemen en ondernemers, willen we minder verre verplaatsingen mogelijk maken. Dat doen we door bestaande KMO en industriegebieden te verdichten en door bijkomende ruimte te voorzien aan de N8 (Winddries).

Met een goed ruimtelijk ordeningsbeleid kan je dus sturen, niet alles bepalen. Maar sturen en bijsturen is noodzakelijk en de plicht van een lokaal bestuur.

Regels opleggen is één zaak, ze controleren een andere. Daarom werd de afgelopen jaren meer ingezet op handhaving: bouwovertredingen worden aangepakt door bijkomend personeel in te zetten.

Ook inzake woonkwaliteit gaat het niet enkel over regels opleggen maar ook over controleren. Huurwoningen worden zo sinds 2023 systematisch gecontroleerd op hun conformiteit met basiskwaliteitsregels. Zo willen we tegengaan dat verhuurde wooneenheden die niet voldoen aan de basisnormen, worden gebruikt voor huisjesmelkerij. Dilbeek wil zo eveneens de woonkwaliteit garanderen.

Betaalbaar wonen in een gemeente als Dilbeek is niet evident. De regels van vraag en aanbod spelen in deze en zorgen voor gemiddeld hogere prijzen in de Vlaamse Rand dan elders in Vlaanderen.

Onze gemeente kent ongeveer een 800-tal sociale woningen. In deze bestuursperiode hebben we ervoor gezorgd dat mensen die reeds lang in de gemeente wonen, voorrang krijgen in het verkrijgen van een sociale woning. De afgelopen jaren waren er meerdere huisvestingsmaatschappijen actief in Dilbeek. Sinds juli 2023 is er één nieuwe woonmaatschappij (Providentia) bevoegd voor Dilbeek en 14 andere gemeenten in de regio. De gemeente wenst ook geen grote concentraties meer aan nieuwe sociale woningen. Het oorspronkelijk project aan het Wolsemveld werd dan ook afgevoerd.

Visie

We hebben geen ambitie om sterk te groeien. We willen niet koste wat het kost een gemeente van 50.000 inwoners worden. We willen ook niet de overloop worden van Brusselse problemen. Dilbeek moet en zal een gemeente blijven die bekend staat om zijn groen en Vlaams karakter, waar men kwaliteitsvol kan wonen. Dilbeek zal wat N-VA betreft verder een beleid voeren dat kwalitatieve woningen vooropstelt en de resterende open en groene ruimte maximaal beschermt.

Bijkomende woongelegenheid kan, maar kan enkel in bestaand woongebied. In kernen en aan vervoersknooppunten. Ook wat betreft de vraag naar bijkomende bedrijvigheid zal N-VA de nodige initiatieven nemen om bijkomende ruimte te creëren, bij voorkeur in bestaande bedrijvensites.

Dorpse architectuur

De vraag om in Dilbeek te (blijven) wonen is hoog. (Ver)nieuwbouwwoningen zullen er dus zeker bijkomen. De visuele kwaliteit van onze dorpen mag echter niet verloren gaan. Dilbeek moet Dilbeeks blijven, de dorpen moeten hun eigenheid behouden. Al te vaak vallen de dorpskernen in Vlaanderen onder het mom van het verdichtingsdiscours ten prooi aan generieke appartementsgebouwen die op geen enkele wijze bijdragen aan de verblijfskwaliteit of de leefbaarheid van het dorp. Op voorstel van de Gecoro (gemeentelijke commissie ruimtelijke ordening) zullen we de “Toolbox Dorpse Architectuur” hanteren voor nieuwe ontwikkelingen. Deze toolbox toont met een scala aan voorbeelden van projectverhalen, dorpse figuren en tactieken hoe collectief wonen in dorpen beter kan. Ook de (principes van de) 10 kernkwaliteiten moeten toegepast worden in het vergunnings- en planningsbeleid. Op die manier gaan we zorgzaam om met de schaarse ruimte.

Kwaliteitsvol wonen

In Dilbeek moet het kwaliteitsvol wonen voorop staan. We bestrijden verder leegstand, verkrotting en verwaarlozing. De belasting op leegstand blijft dus in voege en wordt zo nodig aangescherpt. Ook woningcontroles om huisjesmelkerij tegen te gaan, zetten we verder.

Op woningniveau gaan we de tendens tegen van het maximale gewin en het zo klein mogelijk en niet kwaliteitsvol wonen. De verordening kwaliteitsvol wonen, is hierbij een belangrijke verwezenlijking van de afgelopen jaren. In deze verordening worden minimumnormen opgelegd met betrekking tot terrassen, bergruimte, slaapkamerafmetingen, parkeerplaatsen, fietsstalplaatsen enz. Op deze manier willen we er voor zorgen dat woningen voldoende groot en kwaliteitsvol zijn. En dat bvb de parkeerdruk niet op het openbaar domein wordt afgewenteld. Bovendien remmen we hierdoor het ongebreideld bijbouwen van te kleine woongelegenheden af. We evalueren deze verordening en sturen bij indien nodig.

Kwaliteit beperkt zich niet enkel tot de woning of het appartement an sich. Ruimtelijke kwaliteit met behoud van het dorps karakter gaat verder dan dat. Daarom is N-VA voorstander van de oprichting van een kwaliteitskamer, als adviescommissie en gesprekspartner van de gemeente, om te waken over de realisering van deze doelstellingen.

De open en groene ruimte versterken

De open en groene ruimte versterken we door natuurontwikkeling, landschapsbeheer en een leefbaar platteland met voldoende plaats voor natuur, landbouw en zachte recreatie, zoals wandelen en fietsen. We ontwikkelen hiervoor een groenplan.

In plaats van elk stukje open ruimte verder vol te bouwen, willen we maximaal inzetten op het slim en kwalitatief herontwikkelen van de bestaande bebouwde ruimte en op zuinig ruimtegebruik.Voor bouwzones die de open ruimte bedreigen, zoeken we alternatieven die beter aansluiten bij de kernen of voeren we op lange termijn een uitdoofbeleid. Hier kan het instrument van de ruilverkaveling gebruikt worden.

Ruimte voor ondernemen

Heel wat Dilbeekse ondernemers geven aan dat ze planologische beperkingen ondervinden op hun huidige locatie wegens stedenbouwkundige bestemming en voorschriften. Deze beperkingen nemen we weg door middel van een RUP Ondernemen zodat de Dilbekenaar maximaal kan ondernemen.

We stellen een Beleidsvisie Ondernemen op. Deze visie zal vastleggen welke extra ruimtelijke mogelijkheden er zijn. We identificeren de zonevreemde bedrijven en ontwikkelen plannen voor herbestemming of aanpassing van deze bedrijven.

De plannen voor een nieuwe duurzame KMO-zone aan de N8 (RUP Winddries) zetten we onverkort verder.

Tot slot willen we de (detail)handel in de dorpscentra verder ondersteunen. In het centrum van Dilbeek, Schepdaal en Groot-Bijgaarden kunnen, eventueel door ruimtelijke plannen, meer mogelijkheden gegeven worden.

Leefbare dorpen

N-VA pleit voor een geïntegreerde aanpak van mobiliteit, ruimtelijke ordening, gemeenschapsleven en economie in onze dorpskernen. Een mooi voorbeeld is de aanpak van het masterplan Groot-Bijgaarden waarbij mobiliteit, leefbaarheid, gemeenschapsleven en dorpse architectuur hand in hand gaan.

Ook voor andere dorpskernen is een geïntergreerde aanpak gewenst. Het masterplan van Schepdaal maakte heel wat gemoederen los. Door een meer intergrale aanpak, zijn oplossingen mogelijk. Er werden reeds suggesties gedaan om de Iverlek-site (die binnen afzienbare tijd vrijkomt) om te bouwen tot een groene chirosite, waar veilig kan worden gespeeld. De onderbenutte kerk kan ingericht worden als cultuur- of buurthuis. Dit kan gelinkt worden aan een renovatie of nieuwbouw van de Caerenbergsite. De bestaande chirosite in het centrum van het dorp, die dan vrijkomt, kan worden getransformeerd naar (ondergrondse) publieke parking in combinatie met een kwalitatieve woonontwikkeling.

Het centrum van Dilbeek rond de Sint-Ambrosiuskerk heeft een transformatie nodig. Te veel ruimte blijft on(der)benut, ondanks het onmiskenbare potentieel. De aantrekkingskracht ontbreekt en leegstaande handelspanden zijn het resultaat van ruimtegebrek voor nieuwe initiatieven. Er is nochtans ruimte: een uitgesmeerd Jongslag en de zielloze openluchtparking. Met charmante dorpse architectuur, leuke verbindingswegen en sfeervolle doorsteken bieden we Dilbeek-centrum nieuwe kansen. We laten achterbouwarchitectuur voorgoed achterwege door verschillende bouwpercelen aan beide zijden toe te staan om hun activiteiten uit te breiden.

Ook de andere dorpen beschermen we door in te zetten op het behoud van de authenticiteit. Charmante dorpscentra zoals in Kapelle, Bodegem, Itterbeek, Sint-Anna en Pede behouden maximaal hun landelijke uitstraling.

Een eerlijk woonbeleid

Wat betreft sociale woningbouw willen we inzetten op verspreiding in plaats van concentratie. Geen 100 sociale huurwoningen bij elkaar. We schakelen eerder de privé-woningmarkt in via de woonmaatschappij (Providentia). Dilbeek telt al 800 sociale huurwoningen, die vaak in slechte staat zijn. Veel huurwoningen staan leeg. Vooraleer nieuwe woningen bij te bouwen, moet er eerst ingezet worden op renovatie. Indien dat niet kan, is nieuwbouw na afbraak mogelijk. In het werkingsgebied van de woonmaatschappij doen niet alle gemeenten een gelijkwaardige inspanning. Wij vragen eerst een inspanning van die gemeenten die nog geen of heel weinig sociale woningen hebben.

Extra aandacht besteden we aan de Vlabinvest initiatieven. Vlabinvest biedt betaalbare kavels, huur- en koopwoningen aan zodat mensen met een klein tot middelgroot inkomen in Dilbeek kunnen blijven wonen. Woonbeleid is te vaak gericht op enkel de lage inkomens. Vele gezinnen vallen hierdoor tussen twee stoelen. N-VA wil actief werk maken van het actiever optreden in de woningmarkt voor middelgrote inkomens en niet enkel de lage inkomens. Zo onderzoeken we of het instrument ‘Wonen in eigen streek’ hier antwoord kan op bieden. Het principe is dat gronden in handen van gemeenten niet verkocht worden maar via erfpacht of recht van opstal ter beschikking gesteld worden. Zo betalen jonge kopers enkel de woning, niet de grond.

Het gros van de woonmarkt bevindt zich echter in de private sfeer. Impact hierop is moeilijk maar haalbaar. N-VA wil actief optreden om ervoor te zorgen dat onze Dilbekenaren de voorkeur krijgen. We richten hiervoor een databank op waarop enkel geïnteresseerden toegang krijgen. Vastgoedondernemingen die voorrang wensen te geven aan Dilbekenaren, krijgen toegang tot deze databank. We leggen de link tussen de zoeker en de vastgoedmakelaar.

Concreet: Maatregelen voor ruimtelijk beleid en wonen

1. We zetten in op kernversterking mét behoud van het dorpse karakter. De toolbox Dorpse Architectuur wordt actief gebruikt om zielloze ontwikkelingen te vermijden. We gaan zorgzaam om met de schaarse ruimte.
2. We behouden onze open ruimte en zetten verder in op meer groen door bijkomende bossen aan te planten.
3. We zorgen voor meer ruimte voor ondernemers. De nieuwe duurzame bedrijvenzone aan de N8 wordt ontwikkeld, bestaande bedrijvensites krijgen meer mogelijkheden en in onze dorpskernen komt er meer ruimte voor handelaars.
4. We houden onze dorpen leefbaar. De authenticiteit van onze dorpskernen moet behouden blijven. Het masterplan van Groot-Bijgaarden is een goede leidraad om ook in andere kernen toe te passen. In Schepdaal en Dilbeek grijpen we de opportuniteiten om mobiliteit, gemeenschapsleven, handelsleven en vergroening te integreren.
5. We willen een eerlijk woonbeleid. Sociale huurwoningen enkel voor mensen die inspanningen leveren. We faciliteren een beleid waardoor ook lokale, jonge mensen makkelijker toegang krijgen tot de woningmarkt.
6. Voor N-VA is een degelijk handhavingsbeleid noodzakelijk. Regels gelden voor iedereen. Hiervoor wordt voldoende personeel voorzien.
7. We nemen verder acties om de leegstand en verwaarlozing van woningen en bedrijfsgebouwen te voorkomen.
8. Kleiner wonen: ja! Te klein wonen: neen! We evalueren de verordening woonkwaliteit om te kijken of we dit doel bereiken.
9. De verdere invulling van sociaal woonbeleid moet uitgaan van maximale spreiding, geen concentratie. Eerst renoveren wat op is, dan pas nieuwbouw. Alle gemeenten van de woonmaatschappij moeten hun deel doen.

Analyse

De demografische cijfers geven aan dat Dilbeek vergrijst, maar ook verjongt. Dit oefent niet alleen meer druk uit op ons onderwijs maar ook op onze jeugdbewegingen en sportverenigingen. Een gericht jeugdbeleid is een noodzaak (cruciaal) voor onze gemeente.

Uiteraard is het niet noodzakelijk voor een gemeente om aan elke eigen situatie tegemoet te komen. Maar voor N-VA moet een gemeentebeleid wel garant staan om de jeugdjaren van haar jongere generatie zo creatief, stimulerend, mentaal gezond en leerrijk mogelijk te maken.

De gemeentelijke speelpleinwerking is een recreatief programma dat kinderen tijdens de schoolvakanties opvangt met aandacht voor integratiekansen en Nederlandse taal(ondersteunings)baden te voorzien. De nieuwe gebouwen voor de speelpleinwerking op Begijnenborre bieden een extra dynamiek.

Tijdens deze legislatuur werd een inventaris gemaakt van alle publieke ruimten om ze een dynamische invulling te geven en om ze tot ontmoetingsplaatsen te transformeren. De ontwikkeling van een nieuwe ontmoetings- en belevingsruimte aan de Bosstraat start in 2024.

In Dilbeek zijn een 30-tal jongerenorganisaties erkend door de gemeente. Een consistent jeugdbeleid is de sleutel waarmee jonge inwoners van Dilbeek volop de kans krijgen om kind en jongere te zijn in de eigen gemeente. Met de nieuwe dienstverleningsstructuur binnen vrije tijd zijn er teams van medewerkers specifiek bezig met het aanbieden van activiteiten voor kinderen en jongeren, zowel voor sport, cultuur, samenleving en welzijn.

De jeugdverenigingen dienen te beschikken over degelijke infrastructuur. Op de site Keperenberg wordt een nieuw lokaal voorzien voor Jeugdhuis Zomaar. In de volgende jaren moeten vernieuwde Chirolokalen van Chiro Kapelle en Don Bosco mee ondersteund worden in samenwerking met de jeugdbewegingen.

Jongeren moeten de kans krijgen om verantwoordelijkheid te leren nemen tijdens hun weg naar volwassenheid. Responsabilisering is voor de N-VA een bestuurscultuur die best van jongs af aan wordt bijgebracht. Jongeren zin voor verantwoordelijkheidsgevoel meegeven, zonder ze evenwel hun kind-zijn te ontnemen, dat is de uitdaging en daar werd en wordt binnen het team ‘Jongeren’ sterk aan gewerkt.

Visie

De N-VA pleit voor een sterke ondersteuning van jeugdverenigingen, met oog voor taal- en andere diversiteit als opstap tot integratie.

Het is tevens van cruciaal belang dat jongeren naar school, naar de sportclub, naar de jeugdbeweging, ... kunnen gaan in hun buurt. Dit versterkt het sociaal weefsel en de ontmoetingen tussen ouders. Het streven naar veilige woonkernen en betere fietspaden vergroot de mobiliteit van jongeren, bijvoorbeeld van de deelgemeenten naar het centrum met de muziekacademie, het zwembad, het cultuurcentrum en de bibliotheek.

Om ruimte te geven aan kinderen en jongeren, vindt N-VA het belangrijk dat het gemeentebestuur mee investeert in voldoende jeugdruimte zoals jeugdhuizen, lokalen, speelpleinen, sportterreinen en groene ruimte. De jongeren moeten de verantwoordelijkheid dragen voor het onderhoud van deze ruimten. Door hen mee te laten investeren, moet dit verantwoordelijkheidsbesef verder groeien.

De jeugddienstmedewerkers moet zich zowel richten op de belangen van de aangesloten verenigingen door middel van regelmatig overleg, aanreiken en evalueren van nieuwe initiatieven, als op de niet-georganiseerde jeugd door activiteiten zoals workshops en jeugdevenementen. Jongeren zijn zoekende, wat met de druk van school, omgeving en sociale media niet altijd even makkelijk is. Samen met Welzijn wordt de nodige ondersteuning uitgewerkt.

We streven ernaar jongeren meer uit te dagen op sportief vlak door de ontwikkeling van buurtsport en een gerichter jeugdsportbeleid.

We moedigen scholen aan om kinderen de betekenis van de slogan “Dilbeek, waar Vlamingen thuis zijn” uit te leggen, aangezien velen niet begrijpen waar deze slogan voor staat en waarom hij er kwam.

Er wordt werk gemaakt van een traject rond vernieuwd jeugdhuiswerking. Daarbij zal getracht worden jeugdhuizen meer open te stellen voor andere activiteiten en de buurt mee te betrekken in de activiteiten van de jeugdhuizen.

Concreet: Maatregelen voor jeugd

1. Verantwoordelijken van jeugdhuizen en jeugdbewegingen moeten op hun verantwoordelijkheid gewezen worden voor het gebruik, onderhoud, netheid en veiligheid van hun lokalen.
2. Wij voorzien per deelgemeente minstens 1 (open) ruimte waar kinderen, jongeren en volwassenen kunnen ontspannen en elkaar ontmoeten. We waken ook over de netheid en onderhoud van deze open ruimtes.
3. Jeugdbewegingen, jeugdverenigingen en individuele jongeren moeten aangemoedigd worden om deel te nemen of zelf workshops, sportieve, culturele of volkse evenementen te organiseren.
4. Continu toezicht bij speelpleinwerking is nodig voor het behoud van de kwaliteit, het beheren van tariefstructuren, het uitgebreide aanbod Nederlandse lessen en de instroom van deelnemers van buiten de gemeente onder controle te houden.
5. Kinderen worden via specifieke acties aangemoedigd om lid te worden van sportclubs, jeugd- of culturele verenigingen. Voor nieuwkomers helpt dit bij het integreren in de samenleving, het leren van de taal en het leggen van sociale contacten.
6. Wij inventariseren verouderde of ontoereikende infrastructuur van jeugdverenigingen en helpen hen dit te verbeteren.
7. We moedigen scholen en jeugdverenigingen aan om kinderen uit te leggen wat “Dilbeek, waar Vlamingen thuis zijn” betekent.
8. In een tijd waar digitaal de standaard is geworden, is het essentieel dat de bibliotheken hierin meegaan. Bibliotheken moeten ook meer evolueren naar ontmoetingsplekken en kenniscentra onder de vorm van een medialab. Samenwerking met de aanwezige bibliotheek van Familiekunde Vlaanderen moet mogelijk maken dat jongeren zich meer voor geschiedenis gaan interesseren.
9. Wij zorgen voor voldoende beschikbare capaciteit om te fuiven.
10. Wij maken werk van open jeugdhuizen.

Analyse

Nieuwe, laagdrempelige, betaalbare initiatieven werden opgestart om zoveel mogelijk inwoners te laten participeren aan culturele activiteiten en zo een gemeenschapsgevoel te creëren. Zeer gesmaakt zijn ongetwijfeld het Zomercafé op het binnenplein van de Kasteelhoeve waar verenigingen uit alle hoeken van de gemeente instaan voor het programma. Ook de Dag van de Dilbekenaar, die sinds 2023 elk jaar in een andere deelgemeente doorgaat zijn succesvolle evenementen die jong en oud samenbrengen. Verder werden goede en populaire initiatieven zoals de openmonumentendagen, ontmoet-elkaar-op-de-trottoir… verdergezet. N-VA steunt ook met plezier de vele buurt-, straat– en wijkfeesten, die van groot belang zijn voor een gemeente in de schaduw van de grootstad omdat ze het gemeenschapsgevoel versterken en bevorderen de interactie tussen.oude en nieuwe inwoners.

De gemeentelijke bibliotheek staat tot ver buiten de gemeentegrenzen bekend om haar ruim aanbod en goede werking. De vernieuwing van de bibliotheek in de welzijnscampus in Groot Bijgaarden heeft voor een nieuwe dynamiek gezorgd.

Er werd een participatief traject doorlopen om de erkennings- en subsidiereglementen voor cultuur-, sport- en jeugdverenigingen te herzien, rekening houdende met de mening van de bevolking en administratie. Dit zal een erkenningsaanvraag eenvoudiger maken en het zal digitaal kunnen gebeuren en maar 1 maal per bestuursperiode moeten ingediend worden.

Westrand vzw en de hele cultuurwerking werden volledig geïntegreerd in het gemeentebeleid.

Visie

De N-VA visie rond Cultuur is gestoeld op 3 principes:

• Gemeenschapsvorming: Cultuur brengt mensen samen, draagt bij tot hun verbondenheid, participatie, sociale competentie en ontwikkeling.
• Meer samenwerking tussen de gemeente en verenigingen voor meer gerichte activiteiten.
• Versterking van onze identiteit en het Nederlandstalig karakter van onze gemeente. De focus op ‘geschiedenis’ in ons cultureel aanbod kan hiertoe bijdragen.

Culturele beleving leidt niet enkel tot een individuele ontplooiing, maar ook tot gemeenschapsvorming. Vanuit haar verbindende waarde moet cultuur toegankelijk zijn voor alle bevolkingslagen. Daarom wil de N-VA inzetten op een gevarieerd populair en meer commercieel genre als een hoger cultuur aanbod. Ook moet een podium geboden worden aan nieuw talent met een Nederlandstalig repertoire.

Wat betreft de lokale culturele dynamiek kiest N-VA zowel voor het klassieke, georganiseerde en culturele verenigingsleven, als voor andere gemeenschapsinitiatieven zoals buurt- en straatfeesten. Er wordt blijvend ingezet op laagdrempelige en betaalbare.activiteiten - zoals het zomercafé - om zoveel mogelijk inwoners, ook mensen met een beperking te betrekken bij culturele activiteiten en een gevoel van gemeenschap te creëren.

Alle initiatieven moeten steeds het Nederlandstalig karakter van onze lokale gemeenschap en regio versterken. De focus ligt op het bevorderen en stimuleren van de Nederlandse taal en cultuur. Anderstaligen dienen er zich bewust van te zijn dat Dilbeek de poort tot Vlaanderen is. Iedereen die het Vlaamse karakter van onze gemeente respecteert, is welkom in Dilbeek.

Het cultuuraanbod moet toegankelijk zijn voor alle leeftijdsgroepen, van jong tot oud. Het culturele aanbod wordt naar de wijken gebracht en er dient aandacht te worden besteed aan culturele aspecten die momenteel onvoldoende belicht worden, zoals kunst in straten of openbare gebouwen. Samenwerking met lokale kunstgalerijen, handelaars voor kunstexposities en muziekgezelschappen kan een meerwaarde betekenen.

De gemeentelijke bibliotheek is een actieve partner in leesbevordering, informatieverspreiding en cultuurparticipatie, onder meer voor scholen, lokale cultuurorganisaties en volwassenenonderwijs. We moedigen CC Westrand aan om naast allerlei cultuurvormen ook in te zetten op zowel lokale als algemene geschiedenis en erfgoed.

N-VA legt de focus op digitalisering en IT-middelen en opleiding voor de medewerkers. De bib is de ideale plek om dit te organiseren.

Zoals binnen elke stroom geven we medewerkers voldoende vrijheid om hun expertise en kennis uit te oefenen. Dat belet uiteraard niet dat het beleid kan sturen.

Concreet: Maatregelen voor cultuur

1. Er wordt gestreefd naar een gevarieerd, kwalitatief cultuuraanbod toegankelijk voor een breed publiek, met aandacht voor de noden en wensen van de gebruikers en waar het Nederlandstalig karakter van Dilbeek steeds voor ogen wordt gehouden en bevorderd. Bovendien brengen we het cultuur- en bibliotheekaanbod naar de wijken.
2. Met betrekking tot voorstellingen en lezingen streeft N-VA ernaar om de zalen in 70% van de gevallen voor 70% te vullen, met een programma dat zowel populaire en klassieke voorstellingen als vernieuwende initiatieven biedt, om zo een breder publiek te bereiken.
3. Blijven inzetten op kwalitatieve schoolvoorstellingen.
4. We blijven investeren in voldoende, betaalbare, multifunctionele en goed uitgeruste gebouwen voor culturele doeleinden en evenementen.
5. Zowel het evenementenloket als het subsidiebeheer worden volledig herzien. Hierdoor wordt de administratieve rompslomp beperkt. 
6. We ondersteunen en stimuleren de amateurkunsten.
7. De bibliotheek wordt een volwaardig lokaal kennis- en informatiecentrum (medialab), waar ook eenvoudige toegang wordt aangeboden tot online informatie.
8. We moedigen alle nederlandstalige taalbevorderende activiteiten aan.

Analyse

In 2023 telde Dilbeek 49 erkende sportverenigingen met in totaal 8.611 aangesloten leden

Deze verenigingen maken gebruik van alle mogelijke sportinfrastructuur op het grondgebied, zowel binnen als buiten, variërend van eigen sportterreinen en sportzalen als sportinfrastructuur van de scholen. De meeste gemeentelijke sportinfrastructuur is meer dan 40 jaar in gebruik en heeft dringend renovatie of herbouw nodig.

Bovendien nemen tal van recreanten wekelijks, individueel of in groepsverband, deel aan diverse activiteiten zoals wandeltochten, mountainbikeritten, fietstochten, joggen... De groeiende belangstelling voor bewegwijzerde trajecten allerhande toont aan dat deze ongebonden sportbeoefening de afgelopen jaren sterk in populariteit is toegenomen. Mensen zijn bewuster bezig met een gezonde levensstijl en hier kan zeker ondersteuning worden geboden via een uitgebreid sportaanbod met gezondheidsbegeleiding.

Recentelijk werd de atletiekpiste gerenoveerd, wat ten goede komt aan de vele gebruikers zoals DAC, scholen, individuele sporters. Voor de Keperenbergsite werden knopen doorgehakt: SDI kan zich apart ontwikkelen. De plannen voor een nieuwe sporthal op de site worden voorbereid. We bleven investeren in het gemeentelijk zwembad.

In 2024 werd een rookverbod ingesteld op en rond alle sportvelden in Dilbeek

Visie

De N-VA wil een aangename sportomgeving creëren. Wij staan voor een echt ‘Sport Voor Allen’-beleid, door onze Dilbekenaren aan te moedigen, activeren en begeleiden bij een kwaliteitsvolle, duurzame sportbeoefening in hun directe omgeving.

N-VA stimuleert het sportaanbod voor jongeren in samenwerking met scholen en jeugdverenigingen. Het bieden van sportmogelijkheden voor individuele sporters en op dagelijkse sportactiviteiten (ook seniorensport), ter ondersteuning van de diverse Dilbeekse sportverenigingen. Deze samenwerkingen streven ernaar sportpromotie, -educatie en -ondersteuning optimaal te verzorgen en te communiceren naar de inwoners.

Infrastructuur

Daarbij denken we aan de lokale verankering van de sportinfrastructuur op 3 sites: Schepdaal, Itterbeek en Groot-Bijgaarden (sportzalen)

N-VA is ervan overtuigd dat investeren in gemeentelijke sportinfrastructuur van groot belang is. Dit betekent zowel het zelf ontwikkelen en onderhouden als het samenwerken met privépartners. In de komende jaren wordt de bouw van een nieuw sportcomplex op de Keperenberg vooropgesteld en bij voorkeur een renovatie van Caerenbergveld.

Infrastructuur kan ook heel kleinschalig zijn. Plekken in de openbare ruimte waar kan gesport worden. Goede wegen, wandelpaden die uitgerust worden als finse piste, sporttoestellen in de publieke ruimte die goed toegankelijk zijn, enz. Ook daar willen we op inzetten.

Concreet: Maatregelen voor sport

1. We beginnen met de bouw van de sportzaal in Itterbeek. Voor Caerenbergh in Schepdaal bekijken we de mogelijkheid voor een grondige renovatie.
2. Bewaken van het aanbod van openluchtinfrastructuur zoals wandel-, fiets-, mountainbike- en ruiterpaden, en de opkomende licht georganiseerde sportactiviteiten. N-VA streeft dan ook naar het sport- en beweegvriendelijk inrichten van parken en pleinen en benadrukt de gerichte aanpak van werving, campagnevoering en bewustmaking over de gezondheidsvoordelen van sport. De mogelijkheid om samen te werken met privépartners dient te worden onderzocht.
3. Een verbeterd erkennings- en subsidiereglement wordt participatief ontwikkeld om sportclubs aan te moedigen tot kwaliteit. Voor N-VA staat vereenvoudiging van de administratie voor de clubs hierbij centraal.

Analyse

N-VA gelooft sterk in het kwalitatief hoogstaande toeristische aanbod van onze gemeente en de nabije regio. Het is van groot belang om onze troeven optimaal te promoten en onder de aandacht te brengen bij de juiste doelgroepen.

Ons toeristisch aanbod, onder andere het Bruegellandsschap met een mooi trage wegennet, onze bier-en hoppecultuur, ons erfgoed,… moet optimaal afgestemd worden op de initiatieven van Toerisme Vlaams-Brabant en Toerisme Vlaanderen.

Een nationaal project zoals 'De Blik van Bruegel' en de nasleep ervan heeft Dilbeek al heel wat aandacht bezorgd. De opstart van de website “Visit Dilbeek” is een stap in de goede richting voor het koppelen van toerisme en lokale economie om de beleving in de gemeente te verbeteren en tegelijkertijd de economie te stimuleren.

Onze gemeente kent een verscheidenheid aan ondernemingen in horeca, wellness, lokale producenten, congresruimte en dergelijke. De gemeentelijke deskundige toerisme heeft de coördinerende taak om deze actoren samen te brengen met andere bedrijven, evenementen, andere belanghebbenden om maximale uitstraling te geven buiten de gemeente.

Dilbeek is een goede bereikbare gemeente, zowel met de auto, fiets en het openbaar vervoer.

Cultureel, religieus, immaterieel en roerend erfgoed

Zender, een samenwerking van 17 gemeenten, heeft haar hoofdzetel in Dilbeek en coördineert alle lokale initiatieven binnen de gemeenten in haar werkingsgebied. Via de erfgoedcelwerking helpen ze alle aangesloten gemeentebesturen en verenigingen om hun cultureel erfgoed (immaterieel en roerend) te verzamelen en te beheren, het te onderzoeken en de mensen er uit de streek mee aan de slag te laten gaan.

Zo werd afgelopen jaren Pieter Breugel de Oude herdacht waar heel wat erfgoed permanent in beeld kwam. Ook culturele immaterieel erfgoed zoals gebruiken en feesten (jaarmarkten, vieringen,…) blijft de gemeente ondersteunen.

Dilbeek maakt gebruik van meer moderne technieken om erfgoed te ontsluiten. Een groep vrijwilligers in samenwerking met verschillende verenigingen met erfgoedwerking en de gemeente Dilbeek ging hiermee aan de slag. Zo loopt er al enige tijd een podcast rond bekende en minder bekende boeiende figuren wiens graven op Dilbeekse begraafplaatsen liggen.

In de bibliotheek kwam een nieuwe documentatiecentrum familiekunde en erfgoedinformatiepunten. Hiermee trachten we zoveel mogelijk van het erfgoed te ontsluiten en beschikbaar te maken voor de toekomst.

Visie

N-VA blijft ervan overtuigd dat het toerismebeleid van onze gemeente nauw verbonden is met de bredere regionale context. Daarom is voortdurende inzet op bestaande toeristische en regionale samenwerkingen cruciaal, waarbij overleg en samenwerking essentieel zijn.

Het is belangrijk om toeristen aan te moedigen om lokale producten te kopen door bijvoorbeeld markten of winkel- en fietsroutes te organiseren die de lokale ambachten en specialiteiten in de kijker zetten. Samenwerking met lokale ondernemers is cruciaal om unieke producten en ervaringen te bieden die typerend zijn voor onze gemeente en de regio.

Inzetten op vernieuwing en uitbreiding van toeristische routes die langs lokale brouwerijen, historische bezienswaardigheden en attracties leiden is een must. Het aanbieden van een app die aan bezoekers door deze routes kan leiden en informatie verstrekken over de lokale economie en geschiedenis dient te worden geïmplementeerd in de DilbeekApp. Het wandel-en fietsknooppuntennetwerk moet maximaal gekoppeld worden aan de buurgemeenten en aan lokale horeca - en producenten.

Door gebruik te maken van digitale kanalen (DilbeekApp, LED-informatieborden) en sociale media kunnen we de aantrekkelijkheid van de gemeente promoten. Informatie delen over evenementen en tips aanbieden voor toeristen om de lokale economie te ondersteunen.

Voor N-VA dient er een digitaal toeristische informatiepunt te komen waar toeristen alle informatie kunnen verkrijgen over lokale bezienswaardigheden, wandel- en fietsroutes, evenementen en lokale ondernemers.

Door het benadrukken van unieke kenmerken en de lokale attracties van de gemeente, zoals historische bezienswaardigheden of plaatsen waar historische gebeurtenissen hebben plaats gevonden, natuurgebieden, culturele evenementen, festivals en culinaire hoogtepunten wordt zowel het zakelijk- als het verblijfstoerisme bevorderd. Het plaatsen van informatieborden aan monumenten en belangrijke toeristische plaatsen kan daarbij helpen

We gaan het gesprek aan met eigenaars van sites in privaat beheer of beheer via andere organisaties om samen met gemeentelijk erfgoed, zo veel mogelijk te openen voor het publiek. De gemeente neemt hierin een regierol om logische linken te leggen tussen sites en voor elke site een actievere rol te creëren (trammuseum, kastelen, molens, huizen, brouwerijen, …) We stimuleren horeca en toerisme in of in de nabijheid van erfgoedsites.

Roerend erfgoed

Er moet meer aandacht gaan naar roerend erfgoed in de ruime zin. Erfgoed moet een zichtbare plaats krijgen in publieke ruimtes zowel in binnen- als in de buitenruimte.

Verschillende historische archieven (gemeente, OCMW, Westrand, .. ) moeten worden samen gebracht tot 1 geheel. Het gemeentelijk archief moet verder grotendeels gedigitaliseerd worden zodat het eenvoudig beschikbaar wordt voor iedereen. Stukken die niet de digitaliseren zijn bewaren we aan hedendaagse normen.

We bekijken de rol van ondersteunende organisaties als Zender in functie van de meerwaarde van onze visie op erfgoed. We stimuleren ook de samenwerking tussen gemeentelijke diensten en bovenlokale erfgoeddiensten.

We verzamelen met geïnteresseerde vrijwilligers een aantal archiefbronnen rond bepaalde thema’s zoals bijvoorbeeld jaarmarkten en kermissen, dorpse figuren, lokale producten... We gaan hiermee aan de slag op een participatieve manier en bieden de nodige ondersteuning.

De gemeente moet het erfgoed van Dilbeek in de schijnwerpers zetten en de waardering en betrokkenheid van de inwoners en bezoekers vergroten.

Er moeten maximaal erfgoedobjecten worden ingevoerd in Erfgoedplus.be om zo de Dilbeekse collectie te ontsluiten voor het grote publiek.

We visualiseren en digitaliseren archeologisch onderzoek dat werd gevoerd in de gemeente.

We creëren multifunctionele museum- of exporuimte in de deelgemeenten met oog op kunst, cultuur én erfgoed. Deze vullen we aan en voeden we ook met het ‘Virtueel museum van Dilbeek’ naar analogie met de Vlaamse variant.

Concreet: Maatregelen voor toerisme & erfgoed

1. Actief promoten van het hoogstaande toeristische aanbod van de gemeente (brouwerijen, Brueghel, Brusselmans, …) en nabije regio, en gericht op de juiste doelgroepen.
2. Nauwe samenwerking en communicatie met bestaande toeristische structuren zoals Toerisme Vlaanderen, Toerisme Vlaams-Brabant en voor gezamenlijke promotiecampagnes, informatie-uitwisseling en evenementen is noodzakelijk.
3. Het verder bewegwijzeren van de wandel- en fietsknooppunten.
4. De coördinerende rol opnemen voor het bevorderen van samenwerking tussen toeristische sectoren, zoals restaurants, winkels en accommodaties, door speciale arrangementen aan te bieden en gezamenlijke evenementen te organiseren.
5. Blijven inzetten op het verbeteren van lokale infrastructuur zoals wegen, openbaar vervoer en fiets- en wandelpaden om Dilbeek aantrekkelijker te maken voor toeristen.
6. Het zakelijk toerisme stimuleren door samen met de bedrijven de gemeente aantrekkelijker te maken voor zakelijke evenementen en vergaderfaciliteiten.
7. Aandacht creëren voor toeristische attracties, recreatieve routes, en het benadrukken van lokale kenmerken en attracties om zowel zakelijk- als verblijfstoerisme te bevorderen.
8. Plaatsen van toeristische informatieborden bij historische monumenten en landschappen.
9. We organiseren educatieve programma's en evenementen die het erfgoed belichten. Dit kan in de vorm van geleide bezoeken aan belangrijke erfgoedlocaties, waar lokale gidsen en deskundigen de geschiedenis en betekenis ervan uitleggen.
10. We maken gebruik van digitale kanalen om informatie te verstrekken over het erfgoed. Een virtueel Dilbeeks museum met erfgoedroutes en inzet van innoverende technieken om erfgoed zichtbaar te maken.
11. Inrichten van een informatiepunt waar mensen informatie kunnen vinden over het erfgoed, toerisme, tentoonstellingen, evenementen, wandel- en fietsroutes,… 
12. We stimuleren de organisatie van culturele evenementen zoals festivals, tentoonstellingen, kunstmarkten of ambachtelijke demonstraties op erfgoedlocaties. Dit kan mensen aantrekken en tegelijkertijd het erfgoed onder de aandacht brengen.
13. We gaan in overleg met eigenaars van sites in privaat beheer om samen met gemeentelijk erfgoed, open te stellen voor het publiek.
14. We gaan in overleg met De Lijn inzake ontsluiting van het trammuseum in Schepdaal. We streven naar een ruimere invulling van de site om de uitbating rendabel te maken.
15. Het gemeentelijk archief moet grotendeels gedigitaliseerd worden zodat het eenvoudig beschikbaar wordt voor iedereen.
16. We gaan aan de slag met inventariseren van cultureel erfgoed als jaarmarkten, kermissen dorpse figuren en lokale producten, nu we nog mensen hebben die erover kunnen vertellen.
17. De gemeente zal een actievere rol spelen bij het inventariseren van erfgoedobjecten in de Erfgoedplus databank.